Magazine

Bureau NBA krijgt coördinerende rol

De bureaus van de NOvAA en het NIVRA zijn eind november 2010 samengegaan. De medewerkers werken nu samen in één pand in Amsterdam, het voormalige pand van het NIVRA . Het nieuwe NBA-bureau krijgt een tweekoppige directie.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 12, 2010

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Leendert Haaring

Anne-Marike van Arkel, als algemeen directeur, en Berry Wammes, als directeur, geven samen leiding aan het bureau van de nieuwe beroepsorganisatie. De focus van Van Arkel zal met name liggen op de stafafdelingen (Directie- en Bestuurssecretariaat, HRM, Financiële Zaken, Facilitaire Zaken), Permanente Educatie (Vedaa en VERA), Ledenservice en Communicatie, de Beroeps- en Praktijkopleiding en de nationale externe contacten. Wammes zal zich vooral concentreren op Beroepsontwikkeling en Beleid, Regelgeving, de Raad voor Toezicht, de ledengroepen en het internationale terrein van de accountancy.

De NOvAA stelt de laatste jaren de accountant werkzaam in de mkb-praktijk centraal, terwijl het NIVRA een bredere beroepsgroep probeert te bedienen. Bemoeilijkt dat het samengaan van de twee beroepsorganisaties?

Wammes: “Het NIVRA is een pluriforme organisatie. We bieden ondersteuning aan openbaar accountants, overheidsaccountants, interne accountants en accountants in business. Als je kijkt naar de aandacht voor openbaar accountants heeft het NIVRA, met het oog op de fusie, de laatste twee jaar minder geïnvesteerd in het mkb, vanaf het moment dat we wisten dat de NOvAA ons daarin zou aanvullen.”

Van Arkel: “Op het niveau van de bureau-organisaties zijn de NOvAA en het NIVRA goed in elkaar te schuiven. Door het samengaan van de twee bureaus vindt een bundeling van krachten plaats. Daardoor kunnen we betere service bieden aan leden en wordt de beschikbare kennis over accountancy groter. Beide organisaties vullen elkaar wat kennis betreft goed aan.

Het in elkaar schuiven van de bestuurlijke onderdelen is een stuk lastiger. De invulling van de commissies bij de NOvAA lag voor de hand: meer dan zeventig procent van de leden is openbaar accountant. In de nieuwe organisatie worden alle accountants vertegenwoordigd, die ook in de ledengroepen zijn vertegenwoordigd. De bestuurlijke gremia moeten een goede weerspiegeling zijn van de leden. Tot de fusie wettelijk een feit is, zullen we ons dus goed moeten concentreren op het invullen van die bestuurlijke laag.”

Het Nieuwe Werken

Een speerpunt van het NBA-bureau is Het Nieuwe Werken. Zowel voor de eigen medewerkers als voor de bestuurlijke actieve leden worden maatregelen getroffen om dit mogelijk te maken.

Wammes: “Je ziet momenteel een flexibilisering in de wijze waarop mensen elkaar spreken en treffen. Soms ontmoeten mensen elkaar fysiek, soms spreken ze elkaar in een conference call en soms chatten ze online. Het Nieuwe Werken gaat om het zo efficiënt mogelijk benutten van tijd. Door plaats- en tijdonafhankelijk te werken kun je als accountant zo efficiënt mogelijk je werk doen.

Vooral voor kleinere kantoren die minder middelen tot hun beschikking hebben biedt Het Nieuwe Werken mogelijkheden. Het Nieuwe Werken geldt ook voor commissieleden. Veel bijeenkomsten kunnen digitaal plaatsvinden, via chatsessies, conference calls et cetera. En als leden hier een vergadering hebben, hoeven ze niet meer terug naar kantoor om hun werkzaamheden te kunnen doen, maar kunnen ze hier een werkplek krijgen met de nodige faciliteiten. Zo kunnen zij hun tijd zo nuttig mogelijk kunnen besteden.”

Van Arkel: “Ook al wordt vacatiegeld toegekend, het bedrag verhoudt zich niet tot wat je als accountant zou verdienen als je gewoon je praktijk draait. Daarom proberen wij de actieve leden op alle mogelijke manieren tegemoet te komen. Wat onze bureauorganisatie zelf betreft kun je op dit moment spreken van Het Nieuwe Werken Light. Er is een relatief grote groep medewerkers die nog niet plaatsonafhankelijk kan werken. Dertig procent kan dat wel en die kun je faciliteren. Naarmate we meer webbased gaan werken, kun je thuis of op andere plekken werken. Straks als de NBA wettelijk een feit is en we met nieuwe systemen werken, wordt het Nieuwe Werken ook voor die andere zeventig procent steeds meer mogelijk.”

Beroep breder dan bureau

Gaat de bureauorganisatie van de NBA anders werken dan die van de NOvAA en het NIVRA?

Van Arkel: “De onderwerpen in de accountancy zijn zo breed en ingewikkeld dat je ze met de expertise van het bureau alleen niet kunt behappen. We zullen ook gebruik moeten maken van de kennis uit de omgeving. Daarom zijn die commissies en andere bestuurlijke gremia zo belangrijk.”

Wammes: “Het bureau krijgt meer een coördinerende rol. Een voorbeeld: op het gebied van jaarverslaggeving werken hier twee mensen die goed weten wat er speelt. Als je nagaat dat bij grotere kantoren soms tientallen specialisten rondlopen die zich daarmee bezighouden, dan geeft dat al aan dat je de ontwikkelingen op dat gebied niet met twee fte kunt behappen.”

Van Arkel: “We zeggen als bureau meestal niet: ‘ik ben dé expert op dit gebied’. Het gaat om het beroep en het beroep is veel breder dan het bureau. Wij zijn als beroepsorganisatie niet degenen die de ontwikkelingen leiden. We laten ons voeden uit de praktijk en koppelen kennis ook weer terug aan die praktijk. Aan de andere kant is het zo dat wij ook veel eigen expertise in huis hebben, op het gebied van educatie, permanente educatie en communicatie.”

Adviescollege en bestuur

Het Adviescollege voor Beroepsreglementering krijgt een belangrijke taak.

Wammes: “Het bestuur is verantwoordelijk, maar het adviescollege fungeert in principe als de standard setter van Nederland. Het college geeft uiteindelijk het advies waar het bestuur ‘ja’ of ‘nee’ tegen kan zeggen. Het adviescollege zorgt ervoor dat er straks regels zijn die in overeenstemming zijn met nationale en internationale regelgeving.”

Van Arkel: “Het adviescollege bekijkt trouwens eerst of andere regelgeving wel noodzakelijk is. Het college doet vooraf een impactanalyse. We willen onze beroepsgroep natuurlijk niet zwaarder belasten qua regelgeving dan strikt noodzakelijk is.”

En wat is de relatie tussen het adviescollege en het bestuur?

Wammes: “Die relatie is vergelijkbaar met die tussen de Eerste en de Tweede Kamer. Het adviescollege adviseert, maar dat advies is nagenoeg bindend. In de praktijk ga je ervan uit dat het bestuur geen ‘nee’ zegt. En als dat wel gebeurt, is het niet aan het bestuur om met amendementen te komen, maar wordt de desbetreffende regelgeving teruggelegd bij het adviescollege. Aan hen is het om met nieuwe voorstellen te komen, waar het bestuur wel volledig achter kan staan.”

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.