Magazine

Nieuws

Concurrentie bedreigd? - Snelste betalers - Belastingadvies ter discussie - Nieuwe Europese definitie MKB - NOREA-Handreiking Oordelen - Vertrouwelijk collegiaal overleg - Minder bedrijven naar Europa - Holland van Gijzen treedt toe tot EY Law - Zestien miljoen managers - Competenties internal audit.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 2, 2003

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Concurrentie bedreigd?

Brengt de schaalvergroting in de accountancy - van big six naar big four in een paar jaar - de concurrentie in gevaar? Volgens de General Accounting Office (GAO) mogelijk wel, in bepaalde sectoren in de toekomst. In een recent rapport geeft deze ‘Amerikaanse rekenkamer’ aan zich zorgen te maken over het gebrek aan concurrentie bij de controle van beursgenoteerde ondernemingen.

De GAO heeft nog geen bewijs van verstoorde concurrentieverhoudingen sinds het verscheiden van Arthur Andersen, maar stelt wel vast dat de big four op dit moment 97 procent controleren van alle beursgenoteerde ondernemingen met een omzet tussen een kwart en vijf miljard dollar, en dat dit naar verwachting de komende jaren verder zal groeien. De huidige prijsniveaus wijzen nog niet op misbruik van marktpositie, aldus de GAO. De belangrijkste impact tot dusver is het geringe aantal keuzemogelijkheden voor grote ondernemingen. In sommige Amerikaanse sectoren - het rapport noemt luchtvaart, olie, bouw - gaat het in feite nog maar om de big two in plaats van de big four. Kleinere kantoren missen eenvoudig de reputatie en (internationale) middelen om zich met succes in deze markt te kunnen invechten. Zelfs na een fusie tussen twee middelgrote kantoren zou het resulterende kantoor nog onvoldoende middelen hebben om de positie van de big four serieus te bedreigen, aldus de GAO. De instantie spreekt van een oligopolie. Ook SEC-voorman William H. Donaldson uitte onlangs in de Amerikaanse Senaat zijn zorgen over het feit dat de markt in feite wordt beheerst door slechts vier spelers.

De concurrentie wordt nog minder doordat een groeiend aantal middelgrote Amerikaanse accountantskantoren hun controlewerkzaamheden bij beursgenoteerde ondernemingen lijkt te willen beperken. Uit een artikel in The Washington Post (27 augustus 2003) blijkt dat veel accountantskantoren zich nog altijd niet hebben geregistreerd bij de Public Company Accounting Oversight Board, verplicht voor elk kantoor dat controleopdrachten wil uitvoeren.

The Washington Post noemt Citrin Cooperman & Co. (in grootte de Amerikaanse nummer 49) en Grassi & Co. (74) als voorbeelden van kantoren die hun controlewerkzaamheden voor beursgenoteerde ondernemingen drastisch afbouwen of geheel beëindigen. Als redenen worden genoemd de verscherpte regelgeving en de toegenomen risico’s. “Mensen willen eenvoudig niet hun hele carrière riskeren voor één slechte audit”, zegt managing partner Louis C. Grassi van het New Yorkse kantoor, dat naar eigen zeggen van veertig beursgenoteerde cliënten afscheid heeft genomen en zich wil richten op werk met ‘minder overheidsbeperkingen’.

Snelste betalers...

Geheel tegen de Europese trend in betalen Nederlandse ondernemers hun rekeningen sneller dan vorig jaar. Dit blijkt uit internationaal onderzoek naar het betalings- en financieringsgedrag van ondernemers in opdracht van Arenthals Grant Thornton. Nederlandse ondernemers betalen hun rekeningen gemiddeld na 42 dagen, het Europees gemiddelde bedraagt 54. Spanjaarden en Italianen zijn met tachtig dagen het traagst. Buiten de EU is het betalingsgedrag verrassenderwijs beter, gemiddelde 41 dagen. Zo betalen Russische bedrijven al na 24 dagen. Nederlandse bedrijven betalen weliswaar sneller, tegelijkertijd staat 76 procent regelmatig rood op hun betaalrekening, meer dan in enig ander land en zestig procent meer dan in 2001. Rood staan is daarmee de belangrijkste manier van externe financiering voor het Nederlandse midden- en kleinbedrijf. Voor Frank Ponsioen, partner van Arenthals Grant Thornton en projectleider van het onderzoek in Nederland, reden voor een waarschuwing: “Vaak rood staan kan duiden op onvoldoende grip op de cash flow, bijvoorbeeld omdat er voor klanten grote bedragen worden voorgefinancierd. Aan de andere kant is er door de snelheid van het zakendoen een toenemende aan flexibele vormen van externe financiering. Rood staan is blijkbaar de meest voor de hand liggende variant omdat de drempel zo laag is.”

...met dubbele moraal

Nederlandse bedrijven mogen dan relatief snel betalen, ze meten wel met twee maten: meer dan eenderde legt aan debiteuren een kortere betalingstermijn op dan ze zelf hanteren. Dat blijkt uit onderzoek door Intomart in opdracht van Groep Gerechtsdeurwaarders Nederland (GGN). Maar liefst een kwart van de facturen wordt te laat betaald? In 52 procent van de gevallen ontstaat de vertraging door discussie over de factuur, maar bijna één op de tien bedrijven betaalt standaard te laat om een rentevoordeel te creëren. Het verstrekken van korting op de factuur blijkt in 64 procent van de gevallen te leiden tot snelle betaling. Directeur Peter Taks van GGN verbaast zich over die laatste praktijk. “Ik had niet gedacht dat nog zoveel bedrijven bereid zijn om een korting te geven om toch maar hun geld te krijgen. Ik kan deze bedrijven zeggen dat dat absoluut niet nodig is.”

Dertig procent meer faillissementen

In het eerste halfjaar van 2003 zijn bijna 4.150 faillissementen uitgesproken, dertig procent meer dan in het eerste halfjaar van 2002. Dat blijkt uit voorlopige tellingen van het CBS. De stijgende tendens die begon in het tweede halfjaar van 1999, zet daarmee door. Het aantal uitgesproken faillissementen is historisch hoog. Alleen in het begin van de jaren tachtig werden per halfjaar meer bankroets genoteerd. Drie van de vier faillissementen betreffen bedrijven en instellingen, de overige particulieren.

Belastingadvies ter discussie

De vraag of onafhankelijke accountantscontrole samen kan gaan met het geven van belastingadvies door hetzelfde accountantskantoor, blijft de gemoederen bezighouden, althans in de Verenigde Staten. In CPA Journal, het maandblad van The New York State Society of Certified Public Accountants, pleiten de hoogleraren Ronald M. Mano, Matthew L. Mouritsen en James G. Swearingen voor het vrijwillig afzien van belastingadvieswerk bij controleklanten, ook al is dit onder de Sarbanes-Oxley Act in beginsel nog altijd toegestaan. “Strict independence means that auditors of publicly held companies should not do any sort of consulting for that client. (…) They should not even do tax work for publicly held audit clients”, schrijven ze in het artikel ‘Accounting Profession, Heal Thyself: A Matter of Survival”, waarin ze ook pleiten voor andere stappen om het vertrouwen te herstellen. Als het beroep niet vrijwillig pijnlijke maatregelen neemt, wordt de toekomst erg onzeker, verwachten ze. “This is a desperate time for the accounting profession. If we are to survive government intervention and control that has been imposed on us, or perhaps survive at all, it is essential for us to be willing to bite the bullet.”

In hetzelfde nummer van CPA Journal pleiten ook drie andere auteurs voor een beperking van belastingadvies, maar dan beperkt tot tax shelters. Deze ‘agressieve’ fiscale constructies, waarin fiscaal-juridisch scherp aan de wind wordt gevaren, liggen al een tijdje onder vuur van de Internal Revenue Service (IRS), die opening van zaken eist over de precieze inhoud van deze fiscale bouwwerken en de cliënten die er gebruik van maken. Belastingadviseurs bij advocatenkantoren kunnen zich daarbij beroepen op hun beroepsgeheim, maar die bij accountantskantoren niet, betogen de auteurs. “Rather than fight the IRS, accountant tax advisors should voluntarily comply with disclosure requirements and repair their damaged image. By avoiding risky shelter deals and limiting their involvement to legitimate strategies, accountants can position themselves as responsible tax advisors.”

Ondertussen lijkt de praktijk zelf al te bewegen. Zes prominente belastingadviseurs van het Washingtonse kantoor van PricewaterhouseCoopers stapten onlangs over naar advocatenkantoor Shaw Pittman. Managing partner Stephen B. Huttler van hun nieuwe werkgever beschouwt, uiteraard niet geheel gespeend van eigenbelang, de transfer van de PwC’ers als het begin van een trend. Op het Amerikaanse AccountingWeb motiveert Michael F. Solomon, hoofd van de overstappers, de opmerkelijke carrièrestap aldus: “The issues faced by corporate tax departments and the needs and expectations of corporate CEOs, CFOs and VPs of Tax, particularly in the aftermath of Sarbanes-Oxley, have reinforced the need for companies to develop strong unions with quality driven tax practices independent of any accounting firms providing attest functions for these companies.”

Nieuwe Europese definitie MKB

De Europese Commissie heeft besloten tot nieuwe definities voor middelgrote en kleine bedrijven. De grenzen voor het aantal personeelsleden bleven ongewijzigd, maar de financiële plafonds (omzet of balanstotaal) zijn flink opgetrokken. Een en ander betekent dat meer bedrijven in aanmerking kunnen komen voor bepaalde Europese regelingen en steunprogramma’s voor het MKB. Overigens worden de nieuwe definities pas per 1 januari 2005 van kracht.

Nieuwe drempelwaarden MKB

  Personeelsomvang
(ongewijzigd)
Omzet of Balanstotaal
Middelgroot < 250 € 50 miljoen
(was 40 miljoen)
  € 43 miljoen
(was 27 miljoen)
Klein < 50 € 10 miljoen
(was 7 miljoen)
  € 10 miljoen
(was 5 miljoen)
Micro < 10 € 2 miljoen
(voorheen niet gedefinieerd)
  € 2 miljoen
(voorheen niet gedefinieerd)

NOREA-Handreiking Oordelen

Op 30 september 2003 kreeg NOREA-voorzitter Adri de Bruijn het eerste exemplaar van de Handreiking Oordelen van gekwalificeerde IT-auditors uitgereikt door de voorzitter van de gelijknamige werkgroep, Peter Verstege. De handreiking bevat een stelsel van oordelen, te hanteren door gekwalificeerde IT-auditors wanneer zij in hun attestfunctie rapporteren over audit-objecten.

Het stelsel dekt nagenoeg alle mogelijke oordelen af. Er zijn voorbeeldteksten uitgewerkt van een goedkeurend oordeel, een goedkeurend oordeel met beperking, een afkeurend oordeel en een oordeel bij een verantwoording. Gebruikers van deze handreiking kunnen hiermee over standaardbewoordingen beschikken. Het gebruik van de voorbeeldteksten wordt sterk aanbevolen. De NOREA stelt zich ten doel duidelijkheid te verschaffen over de te stellen eisen aan (de eenduidigheid van) oordelen die door gekwalificeerde IT-auditors worden verstrekt. Het hanteren van een eenduidig stelsel van oordelen maakt het mogelijk dat gebruikers, meestal de opdrachtgevers maar ook andere belanghebbenden in het maatschappelijk verkeer, de oordelen van IT-auditors begrijpen.

Belanghebbenden worden uitgenodigd te reageren op de uitgangspunten, conclusies en aanbevelingen die in de handreiking zijn opgenomen. Op basis van de te voeren discussies en ervaringen uit de praktijk zal eind 2004 worden bepaald of en op welke wijze deze handreiking kan worden omgezet in een NOREA-richtlijn.

Vertrouwelijk collegiaal overleg

In de afgelopen jaren is in ‘de Accountant’ diverse keren aandacht besteed aan de mogelijkheid tot het voeren van vertrouwelijk collegiaal overleg. Onlangs is de lijst van personen die bereid zijn hun medewerking te verlenen gewijzigd. Wanneer kunt u gebruikmaken van vertrouwelijk collegiaal overleg?

De voorziening is in het leven geroepen voor situaties waarin een registeraccountant wordt geconfronteerd met omstandigheden waarbij de behoefte wordt gevoeld tot overleg met een onafhankelijke en deskundige beroepsgenoot. Daarbij kan worden gedacht aan situaties met dreiging van een gerechtelijke procedure, negatieve publiciteit of een situatie waarbij sprake is van gewetensnood. Met name in situaties waarbij de registeraccountant de medewerkers van de eigen organisatie of de beroepsorganisatie niet kan raadplegen, kan het vertrouwelijk collegiaal overleg met een ervaren onafhankelijke beroepsgenoot een passende uitkomst bieden. De voorziening is nadrukkelijk niet in het leven geroepen voor overleg omtrent puur vaktechnische of juridische vragen. De voorziening heeft een vrijblijvend karakter, wat met name tot uitdrukking komt in de discretionaire bevoegdheid van de voor het collegiaal overleg beschikbare vertrouwenspersonen. Dit betekent dat benaderde vertrouwenspersonen naar eigen inzicht beslissen of en op welke wijze het collegiaal overleg gevoerd zal worden. De vertrouwenspersonen dragen géén verantwoordelijkheid voor de gegeven collegiale adviezen en treden niet op als gemachtigde voor betrokkene in een tuchtprocedure. Voorts spreekt het voor zich dat de vertrouwenspersonen al hetgeen hun in de uitoefening van deze vertrouwenspositie ter kennis komt, geheimhouden. Hoe kunt u gebruikmaken van vertrouwelijk collegiaal overleg?

Indien een registeraccountant gebruik wenst te maken van de voorziening kan deze rechtstreeks contact opnemen met één van de beschikbare vertrouwenspersonen. Over de verdere procedure worden door betrokkene en de benaderde vertrouwenspersoon nadere afspraken gemaakt. Aan het vertrouwelijk collegiaal overleg zijn geen kosten verbonden. Het bestuur heeft de volgende registeraccountants bereid gevonden zich voor het vertrouwelijk collegiaal overleg beschikbaar te stellen. In totaal zijn acht vertrouwenspersonen beschikbaar, twee voor iedere onderscheidende functie (openbaar accountant, intern accountant, overheidsaccountant en financieel-administratieve sector).

Minder bedrijven naar Europa

Het aantal nieuwe grensoverschrijdende bedrijfsvestigingen in Europese landen daalde tussen 2001 en 2002 met zeven procent van 1.974 naar 1.825. Dit blijkt uit jaarlijks onderzoek van Ernst & Young International Location Advisory Services. Een belangrijke oorzaak is de economische malaise in de Verenigde Staten. Het absolute aantal Amerikaanse investeringsprojecten liep terug met negentien procent, het relatieve Amerikaanse aandeel van 37 naar 32 procent. Opvallend is de opmars van de Centraal- en Oost-Europese markt. Alle niet-EU landen zagen hun relatieve positie in 2002 verbeteren. Ondanks een lichte daling van het aantal vestigingen, bleef het Nederlandse marktaandeel ten opzichte van belangrijke Europese concurrenten stabiel. Nederland steeg zelfs van de tiende naar de negende plaats. Maar de projecten worden wel kleiner, zowel in termen van kapitaal als arbeidsplaatsen. Onze moerasdelta blijft relatief veel sales- en marketingvestigingen aantrekken, maar het aantal logistieke investeringsprojecten loopt terug, constateert Jan Siemons, leider van de locatieadviseurs van Ernst & Young. “De daling van het aantal investeringsprojecten uit de Verenigde Staten heeft een disproportioneel effect voor Nederland, samen met het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Centraal- en Oost-Europa hebben een goede propositie voor productie- en distributiefaciliteiten, waarvan een significant deel het gevolg is van rationalisaties in West-Europa.”

Holland van Gijzen treedt toe tot EY Law

Advocatenkantoor Holland Van Gijzen gaat op in EY Law, het internationale netwerk van advocatenkantoren verbonden aan Ernst & Young. Het kantoor was in Nederland al geallieerd met Ernst & Young. EY Law behoort met rond de 2.500 advocaten tot de drie grootste advocatenorganisaties ter wereld. Hans van Gijzen, bestuursvoorzitter van Holland Van Gijzen Advocaten en Notarissen, is benoemd tot voorzitter van EY Law. De dagelijkse leiding is in handen van de Fransman Patrick Bignon.

Bij Holland Van Gijzen werken circa tweehonderd advocaten en notarissen, verdeeld over vestigingen in Amsterdam, Eindhoven, Den Haag, Rotterdam, Utrecht en desks in New York en Londen. Aan EY Law zijn nu 25 kantoren verbonden in evenzoveel landen. Volgens Hans van Gijzen is het slechts een kwestie van tijd voordat alle advocatenkantoren waar Ernst & Young mee samenwerkt in vijftig landen formeel aan EY Law zijn verbonden. “Elk land moet voldoen aan lokale en specifieke wet- en regelgeving. Het heeft dan ook in het ene land meer tijd nodig dan in het andere om tot het netwerk toe te treden.”

IAASB: Ontwerprichtlijnen fraude

De International Auditing and Assurance Standards Board heeft in augustus 2003 twee exposure drafts vastgesteld: ISA 240 ‘De verantwoordelijkheid van de accountant voor de inachtneming van fraude in het kader van een opdracht tot controle van de jaarrekening’ en ISA 300 ‘De planning van controlewerkzaamheden’. De nieuwe draft ISA 240 is aangepast met het oogmerk het aantal incidenten rond verslaggevingsfraude terug te dringen en duidelijkheid te verschaffen over ieders rol in het verslaggevingsproces.

De exposure drafts zijn beschikbaar op www.ifac.org/EDs. Commentaren kunnen tot 15 november 2003 worden ingeleverd.

Commerciële dienstverlening krimpt

De commerciële dienstverlening krimpt, voor het eerst in twintig jaar. Dat blijkt uit recente gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek. In de tweede helft van de jaren negentig droegen bedrijven in de commerciële dienstverlening - waaronder IT-bedrijven, uitzendbureaus, telecombedrijven - nog het meest bij aan de economische groei, met jaarlijkse groeipercentages van boven de vijf procent. Sinds 2001 stagneerde dat en in de eerste helft van 2003 is de groeibijdrage vanuit de sector zelfs negatief (min 0,5 procent).

Hans de Boer onder commissarissen

Hans de Boer, voormalig voorzitter van werkgeversorganisatie MKB-Nederland, is benoemd tot directeur van het Instituut voor Commissarissen. Dit instituut, voorheen bekend als Het Nederlands Commissariaat (onderdeel van Ernst & Young) gaat zich via opleidingen en seminars richten op het professionaliseren van de commissaris.

Zestien miljoen managers

Iedereen overdrijft wel eens, maar bij sollicatiegesprekken is het een ware volkssport. Het liefst worden de capaciteiten op het gebied van ‘management’ wat aangedikt. Dit is de ervaring van Nederlandse human resources en finance managers, blijkens een onder de vleugels van Accountemps gehouden onderzoek, waarbij ook managers in zeven andere landen - Australië, België, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Nieuw Zeeland en Groot-Brittannië - werden ondervraagd. In totaal omvat het onderzoek de reacties van 1.450 functionarissen.

Bijna dertig procent van de Nederlandse respondenten zegt dit type overdrijving waar te nemen bij de meeste sollicitanten. Afgaand op de eigen verhalen van kandidaten zit ons land dus vol met zeer bekwame managers. Frans Hoekman, Area Manager van Accountemps, wijst er op dat sommige kandidaten voor bepaalde functies testen moeten ondergaan om hun managementvaardigheden te analyseren, dus recruiters zijn van alleen verhalen niet snel onder de indruk. Nederlandse recruiters worden wel heel warm van een sollicitant die de benodigde papieren bij zich en in orde heeft (29 procent). In andere landen zijn ze vooral onder de indruk als een kandidaat vragen stelt aan het einde van het gesprek (27,7 procent). Het onderwerp dat sollicitanten het liefst vermijden is voorspelbaar: de reden voor vertrek bij hun voormalige werkgever.

PwC-partner wordt hoofd accountancy SEC

De Amerikaanse Securities and Exchange Commission heeft senior PwC-partner Donald T. Nicolaisen benoemd als het nieuwe hoofd Accountancy. In die functie zal hij nauw samenwerken met de Public Company Accounting Oversight Board, het toezichtsorgaan voor het beroep. De onafhankelijkheidsregels van de SEC verplichten Nicolaisen om zich gedurende één jaar niet in te laten met zaken waarbij PwC en/of één van de cliënten zijn betrokken.

Van 1988 tot 1994 gaf Nicolaisen al leiding aan het SEC servicebureau. Enkele dagen na de benoeming van de Nicolaisen schorste de SEC een andere PricewaterhouseCoopers-partner voor twee jaar, vanwege nalatigheid bij de uitoefening van zijn functie als controlerend accountant bij het software bedrijf MicroStrategy.

FEE-discussierapport corporate governance

De Europese overkoepelende accountantsorganisatie FEE heeft op 1 september 2003 een discussierapport uitgebracht over verslaggevings- en controleaspecten van corporate governance, getiteld ‘Discussion paper on the financial reporting and auditing aspects of corporate governance’. Hierin doet de FEE praktische aanbevelingen voor versterking van corporate governance en verbetering van vertrouwen in financiële verslaggeving. Volgens de FEE is voor beursgenoteerde ondernemingen een audit comité van wezenlijk belang. Het complete rapport (81 pagina’s) kan worden gedownload van www.fee.be/publications/main.htm, na invoeren als gebruiker.

IASB publiceert voorgestelde wijziging IAS 39

Op 21 augustus 2003 heeft de International Accounting Standards Board (IASB) een voorgestelde wijziging van IAS 39 Financiële instrumenten - waardering, gepubliceerd. Het voorstel maakt het mogelijk om dekking van financiële instrumenten, in casu rentevoetrisico’s, te dekken op portefeuillebasis, dus niet per se individueel. Deze benadering wordt ook wel macro-hedging genoemd.

Hiermee komt de IASB tegemoet aan bezwaren uit de financiële wereld. Of ook tegemoet wordt gekomen aan bezwaren van Frankrijk, vermeldt het persbericht niet. Op 29 juli 2003 heeft Frankrijk met succes adoptie door de EU van internationale accounting-standaarden weten te blokkeren voorzover deze standaarden financiële instrumenten betreffen.

De commentaarperiode loopt tot 14 november 2003. De ontwerpstandaard (41 pagina’s) is te downloaden van www.iasc.org.uk.

Competenties internal audit

Onlangs verschenen: ‘Competency Framework for Internal Auditing in Nederland’, het eindrapport van de Werkgroep Competency Framework die onder auspiciën van IIA Nederland de competenties van de moderne internal audit-functie onderzocht. In 1999 publiceerde het IIA het Competency Framework for Internal Auditing (CFIA), op basis van een wereldwijde studie naar de toekomst van internal auditing. Het huidige boekje richt zich op de vraag in welke mate het IIA-raamwerk toepasbaar is in Nederland. De belangrijkste conclusies:

  • De in het CFIA geschetste vereiste competenties van internal auditors zijn toepasbaar in de Nederlandse context. Het ontwikkelen van een specifiek Nederlands raamwerk is derhalve niet zinvol.
  • In Nederland vervult de internal audit-functie als gevolg van specifieke eisen en wensen van het topmanagement een grote variëteit aan taken.
  • Internal auditors zullen nog veel missiewerk moeten verrichten om het werkterrein zoals vervat in het CFIA in de volle breedte te kunnen neerzetten, vanwege de diversiteit aan opvattingen in de leiding en ontwikkelingen in wet- en regelgeving.
  • De grote diversiteit aan competentieprofielen binnen Nederlandse ondernemingen maakt harmonisatie daarvan wellicht wenselijk. Met de generieke CFIA-profielen kan voor internal auditors meer duidelijkheid op de arbeidsmarkt worden gecreëerd.

Het boekje is verkrijgbaar bij IIA Nederland.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.