Integriteitsonderzoek bij aanstelling
Met het verlies aan vertrouwen in de integriteit van publieke personen en van organisaties groeit de behoefte om meer zekerheid vooraf te krijgen of iemand wel is die men zegt te zijn en of een organisatie even betrouwbaar en integer is als ze lijkt. Daarom moet een integriteitsonderzoek verplicht worden gesteld bij de aanstelling van bestuurders op publiekgevoelige posities en bij de overname van grotere ondernemingen.
André Mikkers
Door een groot aantal affaires is het vertrouwen ondermijnd in de kwaliteit van de selectie voor het publieke ambt én de zorgvuldigheid van de zoektocht naar verborgen lijken bij overnames. Zo moesten vier staatssecretarissen aftreden, omdat achteraf bleek dat ze hun cv hadden opgeleukt of een eerder schandaal verzwegen. Recent moest de aanstelling van de nieuwe voorzitter van FNV Bouw worden teruggedraaid, omdat pas na zijn aantreden bleek dat er een strafzaak tegen hem loopt. Ook op lagere bestuurlijke niveaus komt het teleurstellend vaak voor dat bestuurders en bazen moeten worden weggestuurd om 'vergeten' feiten uit hun verleden.
Uit de monitor Integriteit Openbaar Bestuur 2012 blijkt dat zulke affaires een ontluisterend effect hebben op het vertrouwen van bestuurders in elkaar. Eén op de tien bestuurders bij gemeenten, provincies en waterschappen geeft aan te twijfelen aan de integriteit van medebestuurders en collega-politici. In plaats dat dit groeiende wantrouwen leidt tot meer klachten en procedures moest de Commissie integriteit overheid worden opgeheven door een gebrek aan meldingen. De verontwaardiging is dus niet zo groot dat men zelf aan de bel trekt.
De bedrijfsovernamepraktijk toont een al even somber beeld. Als forensisch onderzoeker weet ik dat bestaande boekenonderzoeken alleen niet genoeg zijn om integriteitinbreuken op te sporen of om vast te stellen of de 'compliance- structuur' van het over te nemen bedrijf afdoende is om mogelijke fraude- of corruptiegevallen te traceren.
Daarom moet bij politiek gevoelige benoemingen (in het publieke en private domein) en bij materieel belangwekkende overnames van bedrijven en instellingen voortaan een integrity due diligence of integriteitonderzoek verplicht worden.
Bij benoemingen van personen betekent dit een gedegen antecedentenonderzoek. In combinatie met een plausibiliteitonderzoek (hoe groot is de kans dat iemand zal zondigen tegen de geldende integriteitcodes, en hoe zwaar mag men hem dit aanrekenen?) ontstaat een integriteitprofiel dat recht doet aan de situatie waarin het betreffende individu moet (en moest) acteren en dat discutabele feiten boven water haalt. In grote lijnen is deze aanpak ook geschikt om de integriteit van organisaties te toetsen.
André Mikkers is partner en forensisch onderzoeker bij PwC.
Deze bijdrage is ook gepubliceerd in het FD van 18 februari 2013.
Gerelateerd
Bureau Integriteit gemeente Amsterdam schiet te kort
Het Bureau Integriteit van de gemeente Amsterdam schiet te kort in de aanpak van sociale onveiligheid zoals pesten, racisme en ander grensoverschrijdend gedrag....
Vraagtekens bij integriteit kwart Europarlementariërs
Minstens 23 procent van de Europarlementariërs is betrokken bij een integriteitsincident. Nog eens tientallen parlementariërs vertoonden ‘onethisch gedrag’.
Kabinet wil aanscherping integriteitsregels openbaar bestuur
Het kabinet wil de regels voor de bestuurlijke integriteit van ambtenaren, bestuurders en volksvertegenwoordigers aanscherpen. Zo moeten er meer mogelijkheden komen...
'Topambtenaar die klacht indiende over Arib leidt zelf onderzoek'
Topambtenaar Jorine Wolff, die de leiding heeft over het onderzoek naar Khadija Arib, is zelf één van de personen die over Arib heeft geklaagd. Hoogleraar Marcel...
Hoogleraren kritisch over onderzoek naar oud-Kamervoorzitter Arib
Drie hoogleraren, waaronder Marcel Pheijffer, hebben "fundamentele kritiek" op het onderzoek naar oud-Tweede Kamervoorzitter Khadija Arib. De opdracht voor het onderzoek...
