Opinie

Accountants en aansprakelijkheid

De twee voormalige accountantskantoren van woningcorporatie Vestia kunnen binnenkort een forse schadeclaim in de bus verwachten. Dat concludeert Het Financieele Dagblad uit de tevredenheid van Vestia-voorzitter Schakenbos over de uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

Dat bij de accountantscontroles fouten zijn gemaakt, lijkt nu wel vast te staan. Maar welk deel van het derivatendebacle van drie miljard kan je met droge ogen bij de accountant neerleggen?

Ontoereikende accountantscontroles kunnen bewuste of onbewuste pogingen van bedrijven om belanghebbenden op het verkeerde been te zetten, in de hand werken. Fraudes blijven onopgemerkt, financiële tegenvallers worden weggepoetst en risico's voor de continuïteit van een onderneming krijgen bijvoorbeeld onvoldoende aandacht. Dat kan tot forse schade leiden voor aandeelhouders en andere stakeholders die opeens worden geconfronteerd met een zinkend schip terwijl zij dachten blind te kunnen varen op een koersvaste, solide organisatie. Dat je daar flink link van kunt worden, spreekt voor zich.

Je kunt als accountant dan natuurlijk sorry zeggen, beterschap beloven en ingrijpende maatregelen aankondigen om herhaling te voorkomen - in het bedrijfsleven een basaal instrument voor reputatieherstel dat onder accountants overigens nauwelijks bekend lijkt. Je kunt de controle-fee terugstorten. En je kunt deemoedig de eventuele tuchtrechtelijke sanctie aanvaarden voor de gemaakte fouten. Maar gedupeerden van foutieve financiële verslaggeving en het uitblijven van correcties daarop door accountants, nemen daar steeds minder genoegen mee. Zij willen bloed zien, het liefst in vloeiende euro's op hun bankrekening.

Nu wordt het al wat ingewikkelder. Het is het bedrijf dat de boel belazert; de accountant heeft alleen nagelaten om de rode vlag te hijsen. De accountant als hoofdverdachte vastpinnen, is toch een beetje als een scheidsrechter het veld uitsturen omdat hij de schwalbe van een speler onopgemerkt laat. Dat kan passend zijn, maar laat je de echte schuldige daarmee niet lopen?

Het vaststellen van een beroepsfout door een tuchtrechter leidt niet automatisch tot een helder oordeel over de schade die dit heeft veroorzaakt. Natuurlijk helpt een tuchtrechtelijke veroordeling in een civiele procedure, maar daarmee is het toekennen van compensatie van schade nog allesbehalve een gelopen race. Terecht wijst de NBA er in de Vestia-zaak op dat ook anderen betrokken waren bij het tekortschietende toezicht op de doorgeslagen derivatenmanie van Vestia, van officiële toezichthouders tot interne auditors. Nog afgezien van de echte hoofdrolspelers: de directie en niet te vergeten de keurige banken die zonder enige gene levensgevaarlijke financiële producten aan de man brachten.

Wanneer het al lukt om de schuldvraag tot de externe accountant te isoleren én een causale relatie vast te stellen tussen diens falen en de ontstane schade, komt de meest pikante vraag naar voren: voor welk bedrag kan en mag je dan de externe accountant aansprakelijk stellen? Dat is vooral lastig omdat er vaak een grote discrepantie bestaat tussen de schade en de kosten die de accountant betaald kreeg. Bij Vestia wordt de totale schade door het derivatendebacle geschat op zo'n drie miljard. De gemiddelde controle-fee was de laatste jaren zo’n 150.000 euro, heeft Jan de Rooy eens becijferd. Dat is 0,0005 procent van de geschatte schadepost… De suggestie in de media dat Vestia nu wel even een substantieel van die drie miljard bij de accountants terug gaat halen, lijkt daarom enigszins prematuur.

De schade die falende financiële verslaggeving veroorzaakt neerleggen bij accountants is vanuit een maatschappelijk oogpunt niettemin een verleidelijk perspectief. In de moderne claimcultuur is behoefte aan een eenduidige dader. Er bestaat ook weinig medelijden met een beroepsgroep waar het geld ogenschijnlijk met bakken naar binnen gaat, maar de schouders ophaalt wanneer het een keer mis gaat. Te lang heeft het beeld bestaan dat accountants hoogstens een standje van de tuchtrechter krijgen wanneer ze de boel op hun beloop hebben gelaten. Herstel van maatschappelijk vertrouwen ontstaat ook door zekerheid dat een accountant die fouten maakt, keihard wordt aangepakt. De constante lobby van de accountancysector om de aansprakelijkheid te beperken of het verbreden van verantwoordelijkheden zoals de NBA nu doet, wordt daarom met veel maatschappelijk hoongelach beantwoord.    

In de rechtszaal blijft er van het zelfkritische vermogen van accountants ook al weinig over. Om zich te verweren tegen megaclaims, bijten accountants zich vaak vast in een juridische strategie dat hen niets te verwijten valt, ook als het evident is dat er vaktechnische blunders zijn gemaakt. Wanneer simpelweg fouten toegeven en sorry zeggen, voelt als het inleveren van een blanco cheque die mogelijk het einde van een accountantskantoor inluidt, zal niemand dat in zijn hoofd halen. Terwijl dat  reputatietechnisch wél het betere alternatief zou zijn. Niet alleen voor het individuele accountantskantoor maar ook voor de sector als geheel.

De kloof tussen de tuchtrechtelijke beoordeling van een individuele accountant - met voor de buitenwacht hoogstens een tikje op de vingers dat nauwelijks pijn doet - en de civielrechtelijke kwetsbaarheid voor miljardenclaims die geen enkele relatie meer hebben met de rol en de beloning van de controlerend accountant, is te groot. Daarom zou de sector eens kunnen kijken naar (financiële) sancties die hout snijden - zeg tien keer de controle-fee - maar wel gekoppeld blijven aan de eigen verantwoordelijkheid van de externe accountant. Een boete voor vaktechnisch falen is ook voor het maatschappelijk verkeer een helder signaal en beter te begrijpen dan een uiterst complex juridisch proces om de schade die een ander veroorzaakt in de schoenen van een accountant te schuiven.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Jan-Willem Wits is zelfstandig communicatieadviseur en werkt onder andere voor uiteenlopende opdrachtgevers in de accountancy.

Gerelateerd

14 reacties

Ron

@JR,

Geef niets, je doet ten minste de moeite.

Ik zocht meer in de hoek van redelijkheid en billijkheid, reikwijdte van partijen in deze casus. Maar ook hoe ikzelf hiertegen aan kijk, want een aantal argumenten van Jan- Willem is eveneens voor een bedrijf geldig, terwijl de accountant toch gebonden is aan de code voor het uitoefenen van het beroep ( onze huwelijkse voorwaarden). Dat weegt in mijn beleving heel zwaar mee als burger.

Ron


JR

@ron
Mijn excuus, hier staat het niet in.

JR

@Ron
Zou je hier niet moeten denken aan het axiomatisch voorbehoud? Zie hiervoor COS 200 alinea 9.

Niet dat de accountant dit in een 'briefje' kan voorleggen aan de klant maar kan zich hier wel op beroepen

Rik Blijham

Jan Willem laat in het midden wie de scheidsrechter het veld uit zou moeten sturen en daar wringt nu juist de schoen. Het zou vreemd (en ook onhaalbaar) zijn wanneer het vorige bestuur van Vestia het bedrag dat zij bij de schikking met Vestia heeft betaald op de accountant zou verhalen. Dat de rechtspersoon Vestia schade op de accountant verhaalt lijkt mij veel minder vreemd.Lees de blog van Marcel Pheijffer van 1 maart jl. waarom. En natuurlijk spelen de drie criteria die Jan Willem in zijn reactie op de blog van Marcel noemt een rol bij de beoordeling van de aansprakelijkheid van de accountant. Bij Vestia gaan geen van die drie vliegers overigens op is mijn indruk.

Hans Dijkstra

Je zou denk ik ook moeten kijken naar de redenen waarom we straffen in Nederland (als je oordeel van een rechter en passende straf even scheidt hier). Er is stukje ‘wraak’ in (niet meer zo van deze tijd), een stuk afnemen van verkregen voordeel, een stuk compensatie van schade, maar ook preventieve werking.
Het lijkt er op dat reputatieschade als straf niet echt hout snijdt op dit moment. De grotere kantoren hebben een oligopolie (binnen een wettelijk monopolie) en lijken onmisbaar en onaantastbaar. Sterker nog, door mismanagement rond HR en kwaliteit in de laatste tien jaar zijn Big4-producten zo schaars nu dat ze zelfs klanten dumpen. Hier zie je het slechtste van niet-functionerende marktwerking (schaarste creëren) en een wettelijke monopolie helaas samen komen.
Als we preventie echt van belang vinden (en dus cultuurverandering) dan moet je financiële sanctie opleggen die dus echt pijn doet (bijv. 30% van totale partnerinkomens van de firma in enig jaar). Dat is niet einde van een firma, maar geeft wel een helder signaal, en zal juiste prikkel zijn voor adequate controle. Uiteraard werkt dat door in de prijs, maar als dat tot echt betere controle leidt is dat maatschappelijk gezien acceptabel.
Dit lost het oligopolie/monopolie issue niet op, maar dat is andere discussie (afschaffing wettelijk controleplicht voor MKB (zijn niet-OOBs), en intelligentere overheidseisen voor publieke en semipublieke sectoren, maakt nodige capaciteit vrij op dan iets minder slecht functionerende ‘markt’).

Natasja de Louwere

Nee een aparte bepaling is er niet. Een en andere volgt uit rechtspraak en wet en regelgeving.

ron

Hallo Natasja,

Nee, ik bedoel een specifiek wetsartikel waarin accountants recht hebben hun aansprakelijkeid mogen beperken van de maatschappij, terwijl zij een beroep uitoefenen met code.
Thx,
ron

Natasja de Louwere

Beste Ron,

De wettelijke regeling van de algemene voorwaarden is geregeld in boek 6 BW, artikel 231-247. Voor de vraag of er voorwaarden overeengekomen zijn moet je kijken bij ondermeer artikel 6:217 e.v. BW (aanbod en aanvaarding).

Ron

Hallo Natasja de Louwere,

Heb je voor mij nog het wetsartikel?
Thanks,
Ron,
lid van het maatschappelijk verkeer van Nederland en Europa

Johan Peters

Fijn dat iemand met gezond verstand een genuanceerde opinie geeft waarbij noch de accountant noch de maatschappij wordt gespaard. Het Vestia geval is overduidelijk. De schade is veroorzaakt door Vestia zelf maar dat dit niet goed in de jaarcijfers stond (als het leed als is veroorzaakt) is niet ontdekt door accountants. Die laatsten hebben dus niet goed gepresteerd, maar zijn daarmee niet de veroorzakers van het leed. Dat Vestia nu de vermoorde onschuld speelt en de accountants gaat claimen is te zot voor woorden. Zullen we gelijk Volkswagen maar tippen dat ze hun accountant kunnen aanspreken op het niet ontdekken van sjoemelsoftware? Wat mij betreft mag aan deze opinie nog wel worden toegevoegd dat de gecontroleerden zelf hun accountant nooit mogen aanspreken op fouten in door henzelf afgegeven verantwoordingen. Benieuwd of de voorzitter van de NBA deze suggesties meeneemt in zijn vervolg op de door hem uitgesproken opinie op het vonnis.

Natasja de Louwere

Accountants doen er goed aan de aansprakelijkheid te beperken door het op juiste wijze overeenkomen van algemene voorwaarde. In deze voorwaarden nemen zij dan een schadebeperkende bepaling op, bij voorkeur in heldere niet mis te verstane taal. Dat is hun goed recht en daar moeten zij gebruik van maken. Dat doen anderen immers ook.

Arnoud Aikema

Beste Jan- Willem,

Dank voor je genuanceerde bijdrage. Toch wringt de vergelijking met een scheidsrechter (en de daarbij horende bagatellisering) . Zonder te pretenderen dat ik wél zou weten wat redelijk is, weegt voor mij het maatschappelijk belang van de accountantscontrole zwaar. Achter dat maatschappelijk belang gaat ook een groot financieel belang schuil.

En accountants maken toch gewoon rationele afwegingen: wel of niet (kritisch) doorvragen, wel of niet kennis en uren investeren in een opdracht, wel of niet een (kostbare) deskundige inschakelen. De prijs (of kosten) voor al die afwegingen kunnen ze ook deels neerleggen bij de gecontroleerde, dus dat kan het probleem niet zijn.

Bovendien - en dan hou ik op - is de accountant onderdeel van een bestaande economische ordening waarin de waarde van vertrouwen groot is. Juist die waarde wordt veronachtzaamd en - met een licht filosofische blik - zou je kunnen stellen dat ze daarop afgerekend worden in gevallen als Vestia (nog even los van de exacte vaktechnische details van die casus, maar daar gaat het nu niet om).

Wim Nusselder

Laten we niet vergeten dat de beroepsgroep ook ‘in-business’ betrokken is bij fraude (en verhullen van continuïteitsrisico’s).
Er zou ook veel gewonnen zijn als accountants zich niet lenen voor een rol als CFO die zijn controlerend vakgenoot om de tuin leidt (of tegen een stevig salaris toevallig de andere kant op kijkt).
Je kunt aansprakelijkheid ook benaderen (of voorkomen) als een kwestie
- van (gebrek aan) solidariteit als accountants onderling (en breder de beroepsgroep van financials) en
- van (gebrek aan) gezamenlijke verantwoordelijkheid van de beroepsgroep voor de kwaliteit van financiële verslaggeving.
Een claimcultuur is een heilloze weg en rechtsspraak zou sowieso een ‘method of last resort’ moeten zijn in een goed georganiseerde samenleving.

Schoppen4

Het neerleggen met droge ogen lijkt inderdaad een gave van groot formaat. Eerder op basis van een tranendal dossier zal deze doordrenkt zijn. Of de naïeve hilariteit die de ogen hebben doen tranen van het lachen.
Maar neerleggen lijkt mij geen bezwaar.
Beste accountant, leg het maar uit hoe het is gesteld met het maatschappelijk belang van jullie discipline.
De rol van de bank(en) en/of de toezichthouders laten we maar voor wat het is. Die zullen ongetwijfeld onschuldig zijn. Las ik laatst iets op FD over een bananenrepubliek?
Het bedrijf heeft niet de boel belazert, zoals door de auteur gesteld, maar de verantwoordelijke vertegenwoordigers.
We lezen al jaren dat het anders moet met de accountants, maar we weten allemaal dat dit nooit gaat gebeuren.
Zoals niet geheel ongebruikelijk en zelden zullen de advocaten dit weer op moeten gaan lossen.
Het is voor de advocatuur een goede zaak dat er accountants zijn. De niet te stoppen blunders vanuit de accountancy zal hen eeuwig werk opleveren.

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.