Zorg

Netwerken in de zorg en 'ons kent ons'

'Top 100' en andere lijstjes van prominente beïnvloeders, beslissers, bestuurders, commissarissen, hoogleraren etc. zijn weer heel actueel en populair. Dat komt ook door de sterk groeiende aandacht voor 'transparantie' in de bestuurlijke bovenlaag, gezien de mogelijke belangenverstrengeling door nevenactiviteiten. Hoe ligt dat in de omvangrijke en complexe zorgmarkt? Jan Popping onderzocht het.

Jan Popping

Via welke netwerken kennen organisaties en functionarissen elkaar? Dit met als uitgangspunt de jaarverslaglegging van de raad van toezicht (of commissarissen), zijnde het hoogste bestuurlijk orgaan en met een sleutelrol richting de externe accountant. Welke functionarissen vallen op? Welke netwerken van zorg- en andere instellingen, adviesorganen, belangenverenigingen, beroepsorganisaties, instanties etc. doen er toe? En hoe raakt dit de corporate governance?

Foto: hand arts met laptop

'Welke netwerken van zorg- en andere instellingen, adviesorganen, belangenverenigingen, beroepsorganisaties, instanties etc. doen er toe?'

Allereerst werd de wettelijk verplichte jaarverslaglegging en de maatschappelijke verantwoording 'DigiMV' van zorginstellingen geraadpleegd. De rapportages van toezichthouders en bestuurders vormden de primaire bron waaruit de namen, functies (en sinds wanneer) en nevenbetrokkenheden vielen te achterhalen, soms inclusief die van 'gevolmachtigden' en zelfs persoonsgegevens zoals de geboortedatum en woonplaats. Deze zoektocht lukte overigens niet altijd, wat het zicht op eventuele belangenvermenging belemmert. Van zo'n tien procent ontbrak deze opgave, of werd deze alsnog of deels achterhaald uit andere bronnen.

De nevenactiviteiten (wie, wat, waar en hoe vaak) leidden vervolgens naar de meest in het oog springende andere netwerken waarin deze en/of andere functionarissen bestuurlijk of beroepsmatig een rol speelden; als toezichthouder, bestuurder, auditor, lid van een themagroep, commissie, platform of welke hoedanigheid dan ook. Soms waren persoonsnamen voorzien van een koppeling naar LinkedIn, de sociaalnetwerksite die zakelijk gericht is op vakmensen.

Als laatste werd gekeken naar overige netwerken in de zorg, of daaraan gerelateerd. Hierin, en vooral in het samenstel van netwerken, zitten 'knooppunten' van dezelfde personen, functies en organisaties.  

Jaarverslaglegging

De totale zorgmarkt wordt geraamd op circa 110 miljard euro. In CURE (ziekenhuizen en soortgelijk) werden honderd organisaties onderzocht met een omzetwaarde van boven de dertig miljard euro. In CARE (instellingen voor verpleging, verzorging, thuiszorg, gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheid: VVT respectievelijk GHZ en GGZ) ging het om ruim vijfhonderd instellingen, startend vanaf de grootste, met een totale omzet van veertig miljard. Het totale aantal bestuurders en toezichthouders in deze instellingen, inclusief functionarissen in andere netwerken in de zorg, beliep meer dan vierduizend, vooral in meervoudig verband (zoals X als bestuurder bij A en toezichthouder bij B en C, lid van D, en adviseur bij E etc.).

Uit al deze waarnemingen resulteerde een representatief beeld, mede door vergelijking met de omvang van de bestuurlijke netwerken van de NVTZ en NVZD, zie daarvoor hieronder.

De raad van toezicht streeft naar een evenwichtige samenstelling van 'het team' op basis van kennis en ervaring (bedrijfsmatig, financieel en vastgoed, kwaliteit en veiligheid van de zorg, juridisch, renumeratie), sociale- en culturele achtergrond en geografische binding. De 'diversiteit' uit zich primair in de man-vrouwverhouding (meestal minimaal 30 procent vrouw, maar ook 0 procent komt voor). Leden worden doorgaans benoemd voor een periode van vier jaar, met mogelijke verlenging van eenzelfde termijn. Meestal wordt er vier tot zes keer per jaar vergaderd.

In het 'Verslag interne toezichthouder' staat informatie over de leden, de periode van benoeming, mutaties, de nevenfuncties (niet altijd), gevolgde training, scholing en bezochte evenementen, de portefeuilleverdeling en indeling in commissies. Jaarlijks is er een zelfevaluatie: 'een reflectie op onszelf, het bestuur en de interactie', al dan niet met hulp van een externe begeleider. Verder lees je hierin over vaststellingen en besluiten en, last but not least, over de (positieve) relatie met de externe accountant, de controle van het accountantsverslag, de herbenoeming van het huidige kantoor, of eventuele mutatie. De omvang varieert van een minimale plichtpleging tot een handvol pagina's, separaat, samen met het bestuursverslag, of als onderdeel van het integrale jaarverslag. In de uitgebreide versie is er aandacht voor aspecten als diversiteit, duurzaamheid, horizontaal en verticaal toezicht, maatschappelijk verantwoord ondernemen (ook in verband met komende ESG-wetgeving: environment, social en governance), soft controls, waardegedreven zorg, de transitie naar toegankelijke, beheersbare en betaalbare zorg etc.

'Vermeden moet worden dat een bestuurder of toezichthouder niet in staat is om de belangen van de organisatie op een integere, objectieve, onafhankelijke, kritische en onbevooroordeelde wijze te behartigen.'

Uitgangspunt is de Governancecode Zorg 2022, die ook gaat over belangenverstrengeling. De (schijn van) verstrengeling is volgens deze code niet verboden, maar het gaat erom dat de zorginstelling hiermee zorgvuldig en transparant omgaat. Vermeden moet worden dat een bestuurder of toezichthouder niet in staat is om de belangen van de organisatie op een integere, objectieve, onafhankelijke, kritische en onbevooroordeelde wijze te behartigen. Verwezen wordt verder naar de wetten Wtza en Wbtr.

Opvallende functionarissen

Piet Batenburg, Douwe Biesma, Chiel Huffmeijer, Hugo Keuzenkamp, Marcel Levi, Marlies Ott, Jeltje Schraverus vormen een (beperkte) illustratie van 'oudgedienden': Ze kwamen in 2011 al in beeld als influencers of the year. Saskia Baas, Jolanda Buwalda, Patricia Esveld, Gita Gallé, Ernst Klunder en Peter van der Meer verpersoonlijken voorbeelden van 'combifuncties': Als bestuurder én toezichthouder (en vaak eveneens in andere organisaties en netwerken actief). Pier Eringa is een uitzondering op de regel dat de incrowd van bestuurders een langjarige, exclusieve staat van dienst in de zorg heeft en universitair geschoold is. Een politieke achtergrond hebben bijvoorbeeld: Marleen Barth, Wouter Bos, Jet Bussemaker, Sander Dekker, Andrée van Es, Boris van der Ham, Ad Melkert, Kim Putters, Andre Rouvoet en Jolande Sap. 

Andere functionarissen

Functionarissen uit het bedrijfsleven kwamen weinig voor. De 'hits' uit een lijst met honderd prominente  commissarissen die eveneens in de zorg actief zijn beperkte zich tot Roger Dassen, Arjen Dorland, Constant Korthout, Jolande Sap en Doede Vierstra. We noteerden toezichthouders die werken bij onder andere Arcadis, ASML, Boskalis, Brunel, FrieslandCampina, Fugro, Jumbo, KLM, Philips, Schiphol, Shell. Maar ook hieruit bleek de betrokkenheid van ondernemingen met zorgorganisaties vrij sporadisch en trouwens omgekeerd eveneens. Wel viel een flink aantal publieke- en semipublieke organisaties op, zoals nutsbedrijven, pensioenfondsen en waterschappen. Toezichthouders vervullen regelmatig nevenfuncties of een ambassadeursrol (q.q. of pro bono) bij culturele-, recreatieve-, welzijns-, of 'goede doelen'-verenigingen en stichtingen, zoals de ANBO, cultuurfondsen, KIKA, de KNVB, Oxfam Novib, Ronald McDonald, Unicef, Voedselbanken, de Zonnebloem en vele anderen. Soms is men lid van de Koninklijke Industrieele Groote Club, de Lions, Probus, Rotary en andere serviceclubs.

Vooral bij kleinere zorginstellingen komen 'beroepsmatige toezichthouders' voor, meest met een handvol soortgelijke nevenfuncties bij vergelijkbare instellingen, of als vrijwilliger.

Toezichthouders profileren zichzelf heel veelzijdig: zelfstandig denker, dagvoorzitter van congressen, presentator, organisator van evenementen, onderzoeker, auteur, beroepsmatig toezichthouder, executive coach, beleids-, bestuurs- of directieadviseur, trusted advisor of interim bestuurder. Dit doorgaans met een opsomming van meerdere functies tegelijk en alles in een zelfbenoemd 'onafhankelijk en objectief' rolpatroon.

De verscheidenheid in beroepen is breed: adviseurs, advocaten, bankiers, burgemeesters, wethouders en andere gemeentelijke- en provinciale ambtenaren en bestuurders, docenten, ethici, financiële- en ICT managers, interim managers, juristen, medisch specialisten, politici, schooldirecteuren, theologen, verzekeraars etc. Aanvullend wordt gehecht aan personen met een sterke lokale of regionale binding.

Netwerken en verenigingen

De belangrijkste bestuurlijke netwerken zijn de NVTZ, de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Zorg, met 1.100 raden van toezicht en 5.500 toezichthouders (dus gemiddeld vijf toezichthouders per instelling) en de NVZD, de beroepsvereniging voor bestuurders in de zorg met zevenhonderd leden, zijnde ongeveer twee derde deel van de middelgrote en grotere zorgorganisaties.

Fizi is de beroepsvereniging van financiële functionarissen in de zorg, met ruim duizend leden in de sectoren VVT, GHZ, GGZ en ziekenhuizen. Er wordt samengewerkt met de NVTZ en NVZD, ActiZ en vele andere zorgpartijen en partners. Onder de partners vallen eveneens vier accountantskantoren: BDO, Grant Thornton, Qconcepts en Verstegen. 

De NBA als beroepsorganisatie van accountants heeft meer dan 22.000 leden, deels in de zorg. Coziek is een sectorcommissie van de NBA en richt zich zowel op CURE als CARE. Deze commissie bestaat voornamelijk uit openbare en interne accountants van grote kantoren die werken voor zorgaanbieders en verder die van enkele instellingen zelf.

De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) telt 183 leden en de branchevereniging voor de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) een honderdtal. Diverse zorgbestuurders uit deze sectoren zijn tevens bestuurder van deze verenigingen.

De branchevereniging ActiZ met vierhonderd aangesloten zorgorganisaties is georganiseerd rond drie 'kerngroepen': Zorg Thuis, Revalidatie en Herstel en Wonen en Zorg. Bestuurders van zorgorganisaties uit de CARE sector richten zich in deze groepen op kennisontwikkeling tot en met belangenbehartiging. 

De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen omvat honderd leden en bestuurders uit de CURE-sector. In kleiner verband georganiseerd zijn er onder andere de Topklinische Ziekenhuizen (STZ), de Federatie van Universitaire Medische Centra (NFU) en Santeon. Andere brancheverenigingen in deze sector zijn er voor onder andere revalidatie klinieken en zelfstandige klinieken.

De landelijke branchevereniging van woningcorporaties Aedes telt circa 280 leden. Mede door gemeenschappelijke thema's zoals de scheiding van wonen en zorg, zorgvastgoed en ketensamenwerking, is de verwevenheid met de zorgmarkt sterk. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de tweehonderd woningbouwfunctionarissen, in de rol van toezichthouder bij zorgorganisaties, en vaak meervoudig. Ook bestuurders van grote corporaties (zoals De Alliantie, Lefier, Lieven De Key, Woonbron) zijn vertegenwoordigd in de zorg en vice versa.

Vanzelfsprekend zijn er vele relaties tussen - en met - de zes universitaire medische centra en dertien universiteiten. Bij zorginstellingen noteerden we tweehonderd hoogleraren, van medisch/inhoudelijk tot bestuurder of toezichthouder en inclusief hun nevenactiviteiten.

Overige organisaties en netwerken

  • BoZ, Brancheorganisaties Zorg.
  • Het Capaciteitsorgaan, dat de benodigde capaciteit aan professionals in de zorg onderzoekt.
  • De Federatie voor Gezondheid. 
  • De Gezondheidsraad, een onafhankelijke wetenschappelijke adviesraad voor regering en parlement.
  • Kennis-, kwaliteits- en keurmerkinstituten zoals HKZ, het NEN, Perspekt, Rathenau, TNO, Trimbos. En Qualicor (het eerdere NIAZ) met tweehonderd auditors die tegelijk vaak functionaris zijn bij een zorginstelling, of als directeur of bestuurder.
  • Media, kennisplatforms, evenementenorganisatoren zoals Skipr, Zorgvisie, ICT&Health.
  • NictiZ, kenniscentrum voor de landelijke toepassing van ICT in de zorg.        
  • De Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving.
  • Vilans, een kennisorganisatie voor zorg en ondersteuning en vooral gericht op het verbeteren van de langdurige zorg.
  • VitaValley, een onafhankelijke netwerkorganisatie gericht op innovaties in de zorg.
  • Werkgeversverenigingen Zorg en Welzijn en diverse andere landelijk en regionale samenwerkingsverbanden. 
  • ZonMw dat zich richt zich op onderzoek, financiering, kennisontwikkeling en vernieuwing in gezondheid, zorg en welzijn.
  • Zorginstituut Nederland, een zelfstandig bestuursorgaan onder het ministerie van VWS.

Een (verre van compleet) aantal andere samenwerkingsverbanden met (niet exclusieve) voorbeelden ervan zijn gebruikersverenigingen (bijvoorbeeld Chipsoft, Vecozo), mensgerichte zorg (Planetree), gebaseerd op een specifieke signatuur (Relief, de Christelijke Vereniging van Zorgaanbieders), verbetering van bedrijfsprocessen/lean in de zorg (Lidz), verzuim (Vernet), gezamenlijke inkoop (Intrakoop), redactieraden van diverse vakbladen, de stichting Zorgvastgoed, het Milieu Platform Zorgsector (MPZ), Facility Management Nederland (FMN), de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ), koepelorganisaties zoals de Patiëntenfederatie, beroepsverenigingen zoals voor verzorgenden verpleegkundigen (V&VN) en voor medisch specialisten, medisch ethische toetsingscommissies, denktanks en platformen.

Samenvatting en conclusie

Kenmerkend voor de zorgmarkt is de veelheid en grote verscheidenheid van netwerken waarbinnen topfunctionarissen meervoudig actief zijn. Een eenduidig, compleet en actueel beeld hiervan is dus op zichzelf al een hele uitdaging. In zo'n tien procent van de gevallen werden er manco's in de registratie van nevenfuncties aangetroffen, dit was overigens in vergelijkbare eerdere onderzoeken ook al zo.

'Hoe meer 'knooppunten' in de netwerken: Hoe groter de risico's op belangenverstrengeling.'

Hoe meer 'knooppunten' in de netwerken: Hoe groter de risico's op belangenverstrengeling. In enkele gevallen viel het op dat leden van de raad van toezicht bij een andere zorgorganisatie gelijktijdig of volgtijdig collega's waren, of lid van dezelfde club. In het oog sprongen verder abrupte personele mutaties in een raad, of het gehele ontslag ervan. Het kwam voor dat bestuurders een auditing-rol speelden bij andere, goed vergelijkbare zorginstellingen. Recent in het nieuws was de gebrekkige publicatie van onkosten van zorgbestuurders en hun 'dubbele pet' als toezichthouder elders, of de overschrijding van de WNT (Wet normering topinkomens).

Bestuurders en toezichthouders mogen zich bogen op een langjarig trackrecord. En het incrowd-gehalte is door de sterke roulatie tussen bestuurders en toezichthouders hoog, mede omdat de raad van toezicht zichzelf benoemd, behoudens wettelijk voorgeschreven, dan wel bindende voordrachten. In de vacatures van wervingsbureaus domineert de vereiste ruime ervaring als bestuurder of toezichthouder in de zorg.

'Van belangenorganisaties kan geen kritische rol naar hun leden worden verwacht.'

De 'marktwerking' in termen van de bestuurlijke betrokkenheid van het bedrijfsleven en succesvolle ondernemers met zorginstellingen blijkt (al vele jaren) nauwelijks doorgedrongen en draagt daarmee niet bij aan de transitie naar bedrijfsmatig(er) werken. 

Bovenstaande bevindingen sluiten aan bij 'corporate governance en het maatschappelijk belang' van de Koninklijke Vereniging voor de Staathuishoudkunde (KVS) met preadviezen van een aantal hoogleraren. Daarin wordt gesproken over bestuurlijke functionarissen die vooral stammen uit de babyboomer- en X-generatie, gebreken in demografische diversiteit (de leeftijd) en daarmee in de diversiteit van standpunten die essentieel is voor adequate besluitvorming, ook in het kader van de nieuwe ESG-wet- en regelgeving. 'Bestuurlijke homogeniteit' zou op gespannen voet staan met meervoudige belangenbehartiging. 'Good governance is een veelkoppig vraagstuk', met 'meestribbelende' betrokkenen.

Van belangenorganisaties kan geen kritische rol naar hun leden worden verwacht. Voor externe accountants ligt dit anders. Naast de controle op de naleving van de WNT en de toetsing op de 'governance' (de bestuurlijke criteria en ESG) is controle op nevenfuncties met risico's op mogelijke belangenverstrengeling goed denkbaar door identificatie van verbonden partijen. Tenzij het kantoor zich hierin beperkt acht, door andere belangen in de relatie met de raad van toezicht als opdrachtgever.

Jan Popping is directeur van J.P. Adviesbureau BV en adviseur/onderzoeker in de zorgmarkt.

Gerelateerd

reacties

Reageer op dit artikel

Spelregels debat

    Aanmelden nieuwsbrief

    Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

    Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.