Magazine

Nieuws

Afscheid Raden van Tucht - Nederland fiscaal aantrekkelijk - Big four controleren 94 procent van OOB’s - Commissie De Wit: ‘Accountant heeft maatschappelijke taak niet kunnen waarmaken’ - NIVRA onderschrijft aanbevelingen commissie De Wit - AFM: halfjaarberichtgeving sterk verbeterd - Europese Commissie houdt accountancy tegen het licht - SBR-portaal banken operationeel - Britse toezichthouder: ‘Transparantie-verslagen kunnen beter’.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 6, 2010

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Afscheid Raden van Tucht

Als gevolg van het in werking treden van de Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) hebben de Raden van Tucht per 1 mei 2010 hun werkzaamheden beëindigd. De werkzaamheden zijn overgenomen door de Accountantskamer te Zwolle. Tijdens een afscheidsdiner voor zowel de Raad van Tucht Den Haag als de Raad van Tucht Amsterdam hebben de besturen van NOvAA en NIVRA grote waardering geuit voor de uitstekende wijze waarop beide raden vele jaren hebben gefunctioneerd.

Nederland fiscaal aantrekkelijk

Nederland is fiscaal gezien de meest aantrekkelijke Europese vestigingsplaats voor buitenlandse bedrijven. Dit blijkt uit onderzoek van KPMG naar de fiscale bedrijfskosten in de Verenigde Staten, Japan, Australië, Canada, Mexico, Groot-Brittannië, Frankrijk, Italië, Duitsland en Nederland.

Hoewel Mexico fiscaal het meest aantrekkelijk is om een nieuwe vestiging te starten, hebben de veranderingen in de belastingregimes van Australië, Canada en Nederland ervoor gezorgd dat zij fiscaal aantrekkelijker zijn geworden.

Van de onderzochte Europese landen kent Nederland de laagste fiscale bedrijfskosten. Nederland komt naar voren als de gunstigste Europese vestigingsplaats voor buitenlandse bedrijven die reële economische activiteiten willen opstarten, zoals productie, dienstverlening en onderzoek en ontwikkeling.

Big four controleren 94 procent van OOB’s

Van de bijna 1.100 Nederlandse ‘organisaties van openbaar belang’ (OOB’s) wordt 94 procent gecontroleerd door een big four-kantoor. Dat blijkt uit de NIVRA-inventarisatie van de dertien transparantieverslagen van accountantsorganisaties met een OOB-vergunning (meinummer, pagina 12).

Ernst & Young heeft de meeste OOB-klanten, gevolgd door PwC, KPMG en op grotere afstand Deloitte. Het gat tussen de big four en de nummers vijf en lager is nog veel groter. BDO en Mazars bedienen samen vijf procent. De overige zeven kantoren komen samen tot slechts één procent van de OOB’s.

In de inventarisatie keek het NIVRA tevens naar de totale omzet (inclusief die bij niet-OOB-klanten) van de onderdelen van het netwerk die zich in Nederland bevinden. Daarbij is die omzet verdeeld in die voor wettelijke controles en voor overige dienstverlening. De totale omzet van alle dertien organisaties samen is ruim € 3 miljard, waarvan € 0,8 miljard voor wettelijke controles. De big four nemen daarvan € 2,8 miljard (waarvan € 0,7 miljard voor wettelijke controles) voor hun rekening.

Opvallend is het verschil in aandeel van de wettelijke controles in de totale omzet (wettelijke controles, overige assurance, belastingadvies, consulting, financial advisering) van de verschillende organisaties. Bij de vier grote kantoren bedraagt die circa vijftig procent. Grant Thornton spant de kroon met tachtig procent, bij BDO en Mazars is dat respectievelijk 57 en vijftien procent.

Aantal gecontroleerde OOB’s

  Aantal %
Ernst & Young 308 28
PwC 285 26
KPMG 279 26
Deloitte 146 14
BDO 45 4
Mazars 13 1
SMA Accountants 9 1
Extendum 4 0
HLB van Daal & Partners 2 0
Berk 1 0
PKF Wallast 1 0
Accon avm 1 0
Grant Thornton 0 0
Totaal 1.094 100

Bron: NIVRA Inventarisatie Transparantieverslagen 2008/2009

Correctie

In het artikel Top 50 RA’s in het bedrijfsleven (meinummer, pagina 42) is vermeld dat Fred Arp (cfo Telegraaf Media Groep) is gestopt als commissaris bij Wereldhave. Dit is onjuist, Arp is daar nog steeds commissaris. Op basis van de omzetcriteria kwalificeerde Arp zich echter niet voor de Top 20 van commissarissen. In de lijst van bestuurders staat hij op 50.

Commissie De Wit: ‘Accountant heeft maatschappelijke taak niet kunnen waarmaken’

De Tijdelijke commissie onderzoek financieel stelsel (commissie De Wit) constateert dat de accountant niet zijn maatschappelijke taak heeft kunnen waarmaken “om zorg te dragen voor een begrijpelijke en toereikende toelichting op de jaarrekening van financiële instellingen”.

In haar op 10 mei 2010 gepubliceerde rapport ‘Verloren krediet’ stelt ze dat er “geen aanwijzingen zijn dat door accountants ten onrechte goedkeurende verklaringen zijn afgegeven en dat formeel bezien bij financiële instellingen sprake is geweest van het geven van een getrouw beeld”. Maar de commissie constateert tevens dat “controlerende accountants en de accountantsorganisaties niet in staat zijn geweest om te waarschuwen dat het voortbestaan van bepaalde banken ernstig gevaar liep of dat er grote risico’s zaten in het financiële systeem”.

Positief is de commissie over (NIVRA-)initiatieven als ‘Kennis delen’ en de verbetering van het tripartiete overleg, maar ze “ziet niets in de suggestie om de taken van accountants uit te breiden naar andere taken op het gebied van corporate governance”.

De commissie wil dat de beroepsgroep samen met de AFM nadere kwaliteitseisen gaat opstellen waaraan een jaarrekening moet voldoen.

Voor het beantwoorden van de ‘schuldvraag’ rond de financiële crisis neemt het rapport naast de banken ook andere belangrijke actoren onder de loep: verzekeraars, pensioenfondsen, hedgefondsen, private equity, credit rating agencies, accountants, aandeelhouders, consumenten en de toezichthouders DNB en AFM.

“De financiële crisis heeft over de hele linie ernstige tekortkomingen blootgelegd”, aldus commissievoorzitter Jan de Wit. “Van banken tot toezichthouders. Van bestuurders tot accountants. Van commissarissen tot politici. Nationaal zowel als internationaal.”

Het is de commissie opgevallen dat “een aanzienlijk deel van degenen die verantwoordelijkheid droegen binnen het financiële stelsel in de aanloop naar de crisis, in geringe mate blijk geven van een kritische kijk op hun eigen rol in het ontstaan van de problemen en op hun falen in het voorkomen ervan”. Dit gebrek aan zelfreflectie voedt volgens de commissie de vrees dat “de actoren weer zullen overgaan tot business as usual”.

NIVRA onderschrijft aanbevelingen commissie De Wit

Het rapport van de commissie De Wit bevat waardevolle aanbevelingen voor alle betrokkenen in de financiële sector. Dat zegt het NIVRA in een reactie. In het rapport doet de commissie De Wit onder andere een aantal concrete voorstellen om de rol van de accountant bij financiële instellingen te versterken. Zo stelt de commissie voor dat de beroepsorganisatie samen met de AFM nadere kwaliteitseisen gaat opstellen waaraan een jaarrekening van financiële instellingen moet voldoen, waaronder voorstellen voor de verbetering van de rapportage door accountants.

“Wij delen de opvatting van de commissie dat het accountantsberoep haar verantwoordelijkheid moet nemen”, zegt NIVRA-voorzitter Ruud Dekkers. “Graag geven wij dan ook gehoor aan de oproep om het gesprek met de AFM aan te gaan om te komen tot nadere kwaliteitseisen.”

Dekkers geeft aan verheugd te zijn dat de commissie de initiatieven onderschrijft die het NIVRA heeft genomen naar aanleiding van de kredietcrisis. “Wij zullen daar met kracht een vervolg aan geven.” De commissie doelt daarbij op de volgende initiatieven:

  • Project Kennis Delen, leidend tot een publieke management letter per sector; de eerste management letter voor de verzekeringssector zal op 8 juni 2010 met de sector worden besproken en op 23 juni worden gepubliceerd.
  • Een op nieuwe leest geschoeid overleg tussen de externe accountants van financiële ondernemingen en De Nederlandse Bank over de risico’s die individuele ondernemingen lopen en de invloed hiervan op de controleaanpak.
  • Gedetailleerd invulling geven aan de rol van de externe en de interne accountant in de code Banken.

In aanvulling op deze initiatieven zal het NIVRA extra aandacht geven aan een kritische attitude (professionele scepsis) in de (permanente) opleiding van accountants. Ten slotte organiseert het NIVRA op 16 juni aanstaande een aparte workshop (‘Op naar een gezonde financiële architectuur’; zie pagina 21) over de lessen van de commissie De Wit.

Zie ook het interview met Ruud Dekkers op pagina 20.

Oud Nieuws op Accountant.nl:

‘de Accountant’/Accountant.nl duikt regelmatig in de archieven voor wat historisch perspectief en verrassende feiten. Maandelijks in ‘de Accountant’. Zie Accountant.nl voor een uitgebreider versie met het complete bronmateriaal en eerdere afleveringen.

Oud Nieuws (13): 1923, Nut accountantscontrole voor de ondernemer

De verantwoordelijk accountant moet tijdens de controle regelmatig zijn neus laten zien bij de klant. Zonder persoonlijk contact en ‘deskundige voorlichting’ door de accountant zou die klant er wel eens toe kunnen besluiten maar geen accountantscontrole te laten doen. Dat betoogde Th. Andriesse in het juninummer van 1923 van het tijdschrift Accountancy, de tegenhanger van ‘de Accountant’ onder hoofdredacteurschap van Theodore Limperg.

Het was de auteur opgevallen dat veel, vooral kleine ondernemers, besloten om als bezuinigingsmaatregel geen accountant meer in te huren om de jaarrekening te controleren. Dat werd volgens Andriesse in de hand gewerkt omdat het voor de ondernemer vaak niet duidelijk was wat de toegevoegde waarde van de controle was.

“Voor den vaak niet of onvoldoende comptabel onderlegden bedrijfsleider culmineert de accountantscontrôle in het jaarrapport, waaruit hij dikwijls niet in staat is de conclusies te trekken, welke in heilzame gevolgen tegen de jaarlijksche accountants declaratie ruimschoots zouden opwegen.”

Die toegevoegde waarde was er zeker wel, maar dan moest de accountant niet slechts zijn assistent-accountant naar de klant sturen.

“Verder ziet hij eens in de zooveel maanden den accountant assistent eenige dagen in de boeken pluizen en quitanties parafeeren. En dan gebeurt het wel eens, dat zoo’n ondernemer zegt: ‘daarvoor behoef ik toch niet zooveel geld uit te geven, wat heb ik er aan’.”

Nee, de accountant moest ook zelf zijn gezicht laten zien om de ondernemer tekst en uitleg te geven. Want anders is de accountant voor de ondernemer “niet veel meer dan een onbekende, die geen tijd heeft om zelf te komen, doch wien de titel ‘raadsman’ dan slechts ten deele toekomt”.

Europese Commissie houdt accountancy tegen het licht

De Europese Commissie gaat het openbare accountantsberoep aan een kritisch onderzoek onderwerpen. Eurocommissaris voor interne markten Michael Barnier noemt het gerechtelijk rapport in de VS over de ondergang van Lehman Brothers een goed moment om een Europese discussie over de rol van de accountancy aan te zwengelen.

“I’m convinced that it is the right time to launch a real debate at European level on the subject of audit”, aldus Barnier. “This conviction is reinforced by the questions recently raised in the context of the audit of the accounts of US bank Lehman Brothers.”

Waarnemers verwachten dat het Lehman-rapport de opmaat wordt voor het aanpakken van off balance vehicles. Die zouden in de toekomst zodanig inzichtelijk gemaakt moeten worden, dat ze transparant zijn voor beleggers. Tegen de herfst zal de Europese Commissie haar visie op de accountancy verwoorden in een zogenaamde green paper.

SBR-portaal banken operationeel

Ondernemers kunnen sinds vorige maand samen met hun accountant of administratiekantoor hun jaarrekening elektronisch aanleveren bij ABN Amro, ING en Rabobank. Het gezamenlijke aanleverpunt dat de drie banken hebben opgericht (www.rapportageportaal.nl) is sinds eind april 2010 officieel operationeel.

Vanuit dit bankenportaal worden de in XBRL/SBR aangeleverde gegevens betrouwbaar en veilig naar keuze van de ondernemer doorgeleverd naar één of meer bank(en). De drie banken hebben met accountants- en administratiekantoren, softwareleveranciers en service providers samengewerkt om het uitwisselingsproces van financiële gegevens te standaardiseren.

De banken verwachten een belangrijke toename van het aantal elektronische rapportages, tot tachtig procent in 2012.

Britse toezichthouder: ‘Transparantie-verslagen kunnen beter’

De Britse toezichthouder op het accountantsberoep, de Professional Oversight Board (POB,
onderdeel van de Financial Reporting Council), heeft de eerste jaargang verplichte transparantieverslagen van accountantsorganisaties onderzocht.

POB-voorzitter Dame Barbara Mills zegt dat de kwaliteit beter is dan die van de (vrijwillige) rapporten van vorig jaar. Maar de meerderheid van de accountantsorganisaties zou volgens haar de kwaliteit kunnen verbeteren van de informatie op bepaalde gebieden, in het bijzonder “independence policies, financial information and international network arrangements”.

De POB dringt bij de firma’s aan op “more objective measures of the effectiveness of their systems of quality control, for example by including detail on their key performance indicators, and their internal assessments of performance against these KPIs in future reports”.

Vorige maand publiceerde het NIVRA een soortgelijk onderzoek over de Nederlandse transparantieverslagen, met deels vergelijkbare conclusies (zie meinummer pagina 12).

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.