Magazine

IAS-light?

Moeten ook in het midden- en kleinbedrijf de International Accounting Standards gaan gelden? Peter van der Zanden vindt van niet. ‘De tendens is een beetje: we moeten met zijn allen massaal aan de IAS. En dat is iets waar ik duidelijk niet voor ben.’

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 9, 2004

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

William Rothuizen

Nu de International Accounting Standards Board verslaggevingsrichtlijnen gaat ontwikkelen die passend zijn voor mkb-ondernemingen, wordt gediscussieerd over het tempo waarin het midden- en kleinbedrijf de overstap naar de IAS moet maken. De IASB denkt voor het mkb met een IAS-light te komen. Met zijn artikel ‘IAS in het mkb: een slecht idee’ in het blad MKB-adviseur van januari 2004 werpt Peter van der Zanden, partner bij Ernst & Young en hoogleraar accountancy aan de universiteiten Tilburg en Nyenrode, al dat soort overwegingen terzijde. Naar zijn mening moet IAS het mkb helemaal niet worden opgelegd.

Administratieve lasten

Gevraagd om een toelichting wil Van der Zanden eerst opmerken dat hij inmiddels een iets genuanceerder standpunt inneemt: “Dat is naar aanleiding van een uitspraak van Bolkestein die op Europees niveau heeft gezegd dat we moeten kijken of we naar een European tax base kunnen komen. De enige logische basis die je daarvoor op Europees niveau kunt vinden is de IAS. Maar het is de vraag of het mkb op korte termijn ook naar zo’n Europese belastinggrondslag toe zou moeten.”

Voor het overige blijft Van der Zandens scepsis overeind. Hij wijst op de complexiteit van de regelgeving, op de kosten van extra advies en op verzwaring van de administratieve lasten. En wie maken er doorgaans gebruik van de mkb-jaarrekeningen? De directeur-grootaandeelhouder, de fiscus en de bank. In die beperkte kring functioneren de jaarrekeningen in hun huidige vorm naar ieders tevredenheid.

Fundamentele shift?

In ‘de Accountant’ van februari 2004 stelde Gert-Jan Jordaan vast dat betrokken partijen als bedrijfseigenaar, accountant en accountmanager van de bank het mkb niet stimuleren tot een actief gebruik van IAS. Hij vindt dat geen goede zaak. Volgens Jordaan wordt er nog te veel van uitgegaan dat de verslaggeving nog net zo is als vijf jaar geleden. “Maar wat zijn dan de veranderingen in het economisch veld geweest die reden zouden kunnen zijn om te zeggen dat we nu echt een heel fundamentele shift moeten maken in verslaggevingsland?”, reageert Van der Zanden.

Hij herinnert aan een grote verandering die zich ergens tussen de jaren twintig en veertig heeft voorgedaan. Toen ging men bij een toenemende complexiteit van de economie over van eigendomsverhoudingen naar meer verbintenisrechtelijke verhoudingen. Die laatste hebben een ander karakter. Als huurder van roerend of onroerend goed dat je gebruikt voor je bedrijfsvoering, kwam je voor de vraag te staan of je het op de balans moet zetten. “Over de vraag onder welke voorwaarden iets op de balans wordt gezet is een lange discussie gevoerd”, vervolgt Van der Zanden. “Want die overgang is een echt belangrijke shift geweest. Dat zie je in de accounting duidelijk terug.”

Voorbarig

Als recentere belangrijke shift noemt hij het gebruik van financiële instrumenten. “Daar liggen veel vraagstukken, dat zie je ook aan IAS 32 en 39. Er is een enorm debat over gaande. Maar gebruikt men in de mkb-sector nou zoveel financiële instrumenten? Ik denk dat dat nogal meevalt. Kortom, voor mij is er in de afgelopen vijf tot tien jaar geen aanleiding gekomen om bij kleine en middelgrote ondernemingen aan te dringen op veranderingen in de verslaggeving. Dus ik vind het nogal voorbarig om te zeggen dat er sinds vijf jaar zoveel is veranderd op verslaggevingsgebied. In de economische omgeving is er helemaal niet veel veranderd, zeker niet voor het mkb.”

RJ geen wetgever

Hebben de richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving niet nu al een flink IAS-gehalte?

Van der Zanden: “Dat is een oud debat, waarin ik erop gewezen heb dat onze desbetreffende wet heel beperkt is en verwijst naar ‘maatschappelijk aanvaardbare normen’. De RJ pretendeert die normen op te schrijven. Maar de RJ is geen wetgever. Ik bedoel: niemand kan jou dwingen daar gebruik van te maken, behalve de Ondernemingskamer. Voor het eerst heeft die enkele malen, bijvoorbeeld in het KPN-arrest, naar die richtlijnen verwezen. Maar dan nog zegt de Ondernemingskamer er uitdrukkelijk bij dat het geen wet is. Wel duidelijk een indicatie - zo moet je dat verstaan - van wat maatschappelijk aanvaardbare normen zijn. Dat wil volgens mij zeggen dat als je in het mkb een jaarrekening opmaakt, je eerst kijkt naar de wet en de uitleg van de wet door de rechter. Als je dan een probleem hebt doe je er natuurlijk verstandig aan - en dat adviseer ik ook altijd - om eens in dat dikke boek richtlijnen te kijken, want wellicht komen daar goede ideeën uit.”

Verhullend

Van der Zanden noemt diverse keren het drieduizend bladzijden tellende IAS-pakket. Als mkb-ondernemers dat zouden moeten doorwerken, al dan niet met hulp van de accountant, gaat dat tijd en geld kosten. De IASB beseft waarschijnlijk dat een pakket van drieduizend bladzijden kleinere ondernemers kan ontmoedigen en werkt aan een vereenvoudige versie, een soort IAS-light.

Ook hier plaatst Van der Zanden kritische noten: “Ik ken een paar mensen die bij dat project betrokken zijn. Ze zijn er buitengewoon enthousiast over, maar ik krijg daar nog steeds geen goed gevoel bij. Want als je drieduizend bladzijden gaat samenvoegen tot bijvoorbeeld vijfhonderd, wordt het dan makkelijker? Een samenvatting is doorgaans moeilijker dan
het totaal. Zo verhul je de complexiteit.”

Ook heeft hij gehoord dat de IASB voor die lichte versie vereenvoudigingen wil aanbrengen. Zo zou men de fair value accounting eruit willen halen: “Maar dat is toch precies het nieuwe verslaggevingsprobleem waarom we met z’n allen naar IAS zouden moeten?”

‘Geweldig idee’

Hoe nu verder? EU-lidstaten kunnen ook andere vennootschappen dan beursgenoteerde toestaan of voorschrijven IAS toe te passen.

“Kijk je naar het wetsontwerp dat er op dit moment ligt, dan zal dat in Nederland in eerste aanleg niet gebeuren”, zegt Van der Zanden. “Maar het gekke is, dat als je de literatuur leest en met name in de accountancy, het lijkt alsof iedereen vindt dat het een geweldig idee is en dat we er zo snel mogelijk naartoe moeten. Ik zeg liever: bezint eer gij begint. Realiseer je wat je doet. En maak vooral een kosten/nut-afweging.”

Van der Zanden is zeker niet blind voor de voordelen van vergelijkbaarheid van verslaggevingsregels. “Een grotere mkb-klant die een joint venture wil aangaan met een Belg, wiens jaarrekening er heel anders uitziet dan de zijne en in die joint venture samen volgens IAS wil werken, zal ik niet proberen tegen te houden. Als ze beiden goed begrijpen wat het allemaal inhoudt, een goede kosten/nut-afweging hebben gemaakt, dan kan het veel voordeel hebben.”

Niet naïef

De hoogleraar, behalve registeraccountant ook jurist, waarschuwt het pakket regels vooral niet te onderschatten. En de gebruiker komt met nogal wat interpretatievragen te zitten. Daar komt bij dat de IAS-regels op dit moment niet zonder meer aansluiten op die van bijvoorbeeld het vennootschapsrecht.

“Waar ik vooral voor wil waarschuwen,” zegt hij, “is dat de mensen er te naïef instappen. Je haalt je nogal wat op de hals als je dat doet. De tendens is een beetje: we moeten met zijn allen massaal aan de IAS. En dat is iets waar ik duidelijk niet voor ben.”

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.