Magazine

'Kantoren zouden zich eens moeten afvragen hoe dat komt'

Steeds meer dertigers houden het accountantsberoep voor gezien. Vaak nog maar net nadat ze als RA zijn ingeschreven verlaten ze alweer het vak. Waarom? Geld speelt zelden een rol. Regelgeving, werkdruk en cultuur vaak wel. Vier vertrekkers aan het woord.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 2, 2006

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Jonge RA’s stappen steeds vaker uit het vak

Jeroen van Kralingen (34) werd een jaar geleden senior internal auditor bij ISS. “Ik had acht jaar gewerkt bij Ernst & Young. Alhoewel ik het nog steeds naar mijn zin had in de accountancy, bekroop mij het gevoel dat er iets ontbrak. Als accountant zit je gemiddeld zo'n twee weken bij een bedrijf, doe je een controle en vervolgens ga je naar een andere klus. Ik vond dat op den duur te oppervlakkig. Ook de toenemende budgetdruk was me een doorn in het oog. Die ontstond doordat de toenemende vaktechnische eisen niet volledig in de tarieven konden worden doorberekend. Hierdoor mochten controles steeds minder kosten en moest het werk sneller. Het gevolg: ik kon minder voldoen aan mijn eigen kwaliteitseisen. Dat begon uiteindelijk te wringen, des te meer omdat ik intern ook docent vaktechniek was. Wat ik doceerde kon ik voor mijn gevoel zelf steeds minder waarmaken. Ook stoorde het me dat ik weinig waardering kreeg voor mijn vaktechnisch werk. Pas toen ik mijn vertrek had aangekondigd, gaf de leiding aan mijn inzet op dit gebied zeer te waarderen. Dan denk ik: had dat eens eerder gezegd.”

Daarnaast speelde een rol dat Jeroen van Kralingen drie jaar geleden vader was geworden. “Ik wilde één dag in de week ouderschapsverlof. In eerste instantie wilde de leiding daar niets van weten. Uiteindelijk ging het wel door, maar het geeft aan welke cultuur er heerste. Als je een beroep doet op ouderschapsverlof kun je een carrière als partner wel vergeten.”

Dit alles leidde ertoe dat Van Kralingen besloot op zoek te gaan naar een andere baan. En hij is niet de enige, weet hij. “Kantoren moeten zich eens afvragen hoe ze het vertrek van met name jonge accountants kunnen stoppen. Ik denk dat ze dan de cultuur moeten veranderen. Accepteer bijvoorbeeld dat mensen vier dagen in de week willen werken.”

Strengere regels

Ook Koos Goedegebuur (37) vond het werk in de accountancy te beperkt. “Ik zat op een kantoor (Deloitte) waar het gemengde bedrijf werd voorgestaan, dus de combinatie van controle en advies. Maar vanwege de strengere onafhankelijkheidsregels werd het geven van advies steeds moeilijker. Concreet: het goed uitvoeren van bijvoorbeeld een controllersfunctie is niet meer toegestaan of moet met veel kunsten vliegwerk vorm gegeven worden. De leuke taken, het nemen van beslissingen, moet je dan overlaten aan anderen in het bedrijf. Je blijft de adviseur. Daarbij is het werk inhoudelijk sterk veranderd. Ik noem de stringente dossiereisen waarbij het vooral om de vorm gaat, de reviews, de manier waarop daar intern mee werd omgegaan. Deze overwegingen waren voor mij aanleiding om uit te kijken naar iets anders.”

Omdat hij al enige jaren als accountant werkzaam was in de non-profit-sector, ging zijn voorkeur voor een andere baan uit in die richting. Uiteindelijk werd het woningcorporatie Woongoed Flakkee waar hij nu financieel manager is. “Het is leuk werk op het snijvlak van politiek en bedrijfsleven, met een duidelijke maatschappelijke verantwoordelijkheid. Ook is het prettig dat mijn nieuwe werkgever in Middelharnis is gevestigd op enkele minuten afstand van waar ik woon. Dat is een hele vooruitgang met mijn vorige baan. Ik reed zo'n vijftigduizend kilometer per jaar. Dat heeft zeker meegewogen bij mijn beslissing om hier te gaan werken.”

Weinig feedback

Voor Jeannette Tuerlings (32) waren het louter vakinhoudelijke redenen om de accountancy te verlaten. Ze werkte bij Steens & Partners, een middelgroot kantoor in Rotterdam. “Omdat ik daarvoor bij Arthur Andersen had gewerkt was ik gewend om om te gaan met internationale opdrachtgevers. Daarom deed ik bij Steens naast mijn reguliere werkzaamheden ook veel internationale zaken, zoals het begeleiden van buitenlandse bedrijven bij hun start in Nederland. Leuk werk. Maar omdat dit in feite een eenmansbedrijfje binnen het kantoor was, kreeg ik weinig feedback van de collega's. Dat ervoer ik op den duur als een gemis. Ook het feit dat je als accountant slechts de adviseur bent van de klant vond ik uiteindelijk te beperkt. Daar komt nog bij dat ik absoluut niet de ambitie had om partner te worden. Partners zijn allemaal solisten, terwijl ik liever in een team functioneer.”

Het moederschap was in ieder geval geen reden om het vak te verlaten. “Bij de geboorte van mijn oudste dochter, vier jaar geleden, ging ik vier dagen werken. Toen ik mijn tweede dochter kreeg, werd dat drieënhalve dag. Korter werken was nooit een probleem voor mijn werkgever. Als iemand het al bezwaarlijk vond was ik het zelf, omdat als je een paar dagen niet op je werk komt je minder goed op de hoogte bent van allerlei ontwikkelingen. Ik werk overigens nu weer meer uren.” Tuerlings had enkele duidelijke eisen ten aanzien van een nieuwe job. “Zo wilde ik absoluut geen inslaapfunctie. Het werd uiteindelijk Sanasmile, een nieuw bedrijf dat een landelijke tandartsenketen wil opzetten. Ik ben daar financieel manager.”

Honderduizend domme dingen

Laurine Lemon (31) werkte bij KPMG hard, zo'n vijftig uur per week. Dat doet ze in haar nieuwe functie als manager financial reporting bij Vedior nog steeds, zeker gecombineerd met een docentschap van tien uur aan de Universiteit van Amsterdam.

“Ik ben absoluut niet vanwege de werkdruk van baan veranderd. Ik ben single, geen partner, geen kinderen, dus veel uren maken is voor mij geen probleem. De belangrijkste reden voor mijn overstap was dat ik vorig jaar dertig ben geworden en al dertien jaar bij KPMG werkte. Ik zat in een managementfunctie, de volgende stap zou het partnerschap zijn. Maar dan verbind je je toch definitief aan een kantoor. Nog eens dertig jaar bij KPMG trok me niet echt. Daar komt bij dat je als partner onderdeel bent van een politiek spel. Daar had ik geen zin in. Ik heb daarop aangegeven dat ik iets anders wilde. Daar heeft men niet op gereageerd. Maar ook als ze dat wel hadden gedaan, was ik weggegaan. Ik heb vorig jaar september mijn cv op het internet gezet. Via een headhunter is het daarna heel snel gegaan. In januari had ik deze baan.”

Lemon noemt ook een vakinhoudelijke reden voor haar vertrek die volgens haar voor meer RA's geldt. “Door de strengere regelgeving is de dagelijkse praktijk er niet leuker op geworden. Zelfs de eenvoudigste controle gaat tegenwoordig al gepaard met een uitgebreide checklist. Begrijp me goed, ik ontken de noodzaak tot strengere regels niet. Maar ik vind dat kantoren daar veel slimmer mee kunnen omgaan. Accountants moeten tegenwoordig eerst honderdduizend domme dingen doen voordat ze aan hun echte werk toekomen. Neem voor mijn part een jurist aan die al die regels controleert zodat een accountant het werk kan doen waarvoor hij is opgeleid: controleren en auditing.”

Niet verschuilen

Uitgezonderd Laurine Lemon, waarbij het eerste aanbod van een headhunter direct een schot in de roos was, namen de anderen de tijd. Aanbiedingen voor een nieuwe baan werden kritisch bekeken en regelmatig ook afgewezen. Per slot van rekening zaten ze in hun oude job niet op de schopstoel. Voor geen van de vier was geld de reden om van baan te veranderen. Jeroen van Kralingen is er weliswaar iets op vooruit gegaan, maar naar eigen zeggen aanzienlijk minder dan als hij in de accountancy was gebleven. Koos Goedegebuur spreekt van een kleine verbetering, als je let op de verhouding tussen salaris en gemaakte uren. Ook Jeanette Tuerlings is er op vooruit gegaan. Voor Laurine Lemon was de hoogte van de salaris in haar nieuwe baan absoluut niet van belang: ze verdiende goed en dat doet ze nog steeds. Basta.

Wat is de grootste verandering tussen de accountancy en hun nieuwe baan?

Jeroen van Kralingen: “Er zijn minder deadlines. Hierdoor kun je dieper op de materie ingaan. Ook heb ik nu veel meer contact met de rest van het bedrijf. Ik kom in deze functie op alle afdelingen.”

Koos Goedegebuur: “Woongoed Flakkee is een hele kleine corporatie. We hebben maar 2.500 woningen. Het betekent dat de lijnen kort zijn. Ik adviseer direct aan de directeur. Het werk is ook veel gevarieerder.”

Jeannette Tuerlings: “Het grote verschil met vroeger is dat ik nu zelf aan de touwtjes moet trekken. Als accountant adviseerde ik klanten. Of zij er vervolgens iets mee deden was mijn zaak niet. Maar als er nu iets mis gaat op financieel gebied ben ik er verantwoordelijk voor en niemand anders. Ik kan me nu niet langer verschuilen achter anderen. Dat was in het begin behoorlijk wennen.”

Laurine Lemon: “Ik heb nu veel meer tijd om me op de inhoud van mijn werk te concentreren. De wereld van de accountancy is veel jachtiger. Aan de andere kan vond ik dat ook wel weer leuk. Ook het commerciële aspect en het contact met klanten vond ik aantrekkelijk. Maar in deze nieuwe baan kan ik nog veel leren.”

Goede leerschool

Alle vier geven aan dat de tijd in de accountancy een goede leerschool is geweest. Niemand heeft het vak gefrustreerd verlaten. Maar kunnen ze zich voorstellen dat ze ooit in de accountancy zullen terugkeren?

Jeroen van Kralingen: “Nee, ik denk het niet. Daarvoor vind ik mijn huidige functie te leuk en de accountancy te beperkt.”

Koos Goedegebuur: “Niet zo snel, alhoewel ik de vaktechniek nog steeds heel interessant vind. Ik volg het ook nog. Zeg dus nooit, nooit!”

Jeannette Tuerlings: “Ik had het niet willen missen. Ik heb veel geleerd dat me in mijn nieuwe baan zeer van pas komt. Maar ik hoef niet terug.”

De enige twee die een terugkeer niet uitsluiten zijn Koos Goedegebuur en Laurine Lemon. Laurine Lemon: “Ik vind het vak nog steeds geweldig. Ik ben niet voor niets docent auditing aan de Universiteit van Amsterdam. Wie weet wil ik nog wel eens partner worden. Maar ook dan is het goed om eens een tijdje ergens anders te kijken.”

Adrie Boxmeer is journalist.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.