Opinie

Wettelijke reserves schieten in nieuwe wet doel voorbij

Na de invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht zullen wettelijke reserves leiden tot onnodig vermogensbeslag, waarvoor geen enkele bedrijfseconomische noodzaak bestaat. De bewegingsvrijheid van ondernemingen, bijvoorbeeld in geval van herstructurering, kan hierdoor ernstig beperkt worden.

Frank Driessen

Doelstelling van de wet is om meer vrijheid te geven voor het inrichten van de zeggenschap en economische gerechtigdheid van ondernemingen, joint ventures en concerns die voor rekening van een besloten vennootschap gedreven worden. 

Die grotere vrijheid komt onder andere tot uiting in het afschaffen van het minimumkapitaal. Een startkapitaal van € 18.000 is dus niet meer nodig. 

De nadruk komt te liggen op het verantwoord uitkeren van middelen uit de bv aan de aandeelhouders. Uitkeringen mogen alleen gedaan worden wanneer de bv na uitkering kan blijven doorgaan met het betalen van haar opeisbare schulden, op straffe van aansprakelijkheid van bestuurders en terugbetalingsverplichting door de ontvangers van de uitkering. 

De omvang van het vermogen is hierbij niet meer relevant. In de memorie van toelichting op de wet is expliciet overwogen dat het vermogen negatief kan zijn op het moment van uitkering. Zolang dit negatieve vermogen geen gevolgen heeft voor de betaling van de opeisbare schulden, bestaat geen bezwaar tegen uitkering aan de aandeelhouders. 

Deze regeling voor uitkeringen aan aandeelhouders is echter niet consequent uitgevoerd. Want eventuele wettelijke of statutaire reserves gelden nog wel als minimumkapitaal. Dit kan leiden tot ongewenste situaties. 

Neem het voorbeeld van een moeder-bv die een minderheidsbelang van veertig procent neemt in een dochter-bv. 

De dochter behaalt vervolgens een winst van € 100, waardoor de moeder € 40 toevoegt aan haar eigen vermogen. Omdat de moeder niet zelfstandig deze winst naar zich toe kan halen (want ze heeft geen meerderheid van stemmen in de aandeelhoudersvergadering van de dochter), moet zij dit vermogen in een aparte pot stoppen. De moeder kan dit vermogen vervolgens niet uitkeren aan haar aandeelhouders. 

Deze € 40 geldt nu als minimumkapitaal van de moeder. Als moeder een negatief eigen vermogen had van € 200 moet zij eerst ter grootte van € 240 positieve resultaten behalen en deze aan haar vermogen toevoegen voordat zij weer uitkeringen mag doen aan haar aandeelhouders. Een wettelijke reserve van € 40 leidt in dit geval tot een vermogensbeslag van € 240. 

Wettelijke reserves gaan dus hun doel voorbij schieten in de nieuwe bv-wetgeving en gaan leiden tot vermogensbeslag dat geen enkel doel dient. Statutaire reserves kunnen ook in de toekomst nuttig zijn als minimumkapitaal. De grotere keuzevrijheid binnen het nieuwe wettelijk kader moet ook een keuze mogelijk maken om een slot op de deur te zetten en behoudender met het vermogen om te gaan. 

Het wetsvoorstel is in december 2009 aangenomen door de Tweede Kamer en ligt nu ter behandeling bij de Eerste Kamer.

Frank Driessen is partner bij Joanknecht & Van Zelst bv te Eindhoven.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.