Opinie

Accountants als 'kronkelende palingen'

In 1985, 17 jaar oud, verliet ik met een diploma op zak het Atheneum. Op naar een volgende stap: de opleiding tot Rijksaccountant bij de Belastingdienst. Een prima opleiding, waaraan ik tot op de dag van vandaag plezier beleef. Daar is mijn latent aanwezige professioneel-kritische instelling geactiveerd en gestimuleerd.

Bij de diploma-uitreiking kreeg ik van mijn docent Economie 2 (boekhouden) een boekje cadeau. Ik had het hoogste cijfer van onze school behaald voor zijn vak. Ik kwam het boekje tegen toen ik dezer dagen wat aan het opruimen was.

Het betreft Het gaat uitstekend, geschreven door Pieter Lakeman. Met als ondertitel Zwendel en wanbeleid in het Nederlandse bedrijfsleven. In de lange zomer die na de diploma-uitreiking volgde las ik het meerdere malen.

In het Woord vooraf geeft Lakeman aan waar het boek over gaat: 'De officieel goedgekeurde informatie die ondernemingen verstrekken blijkt maar al te vaak onvolledig, misleidend of onwaar te zijn. Wanbeleid en machtsmisbruik vertonen een opmerkelijke samenhang met de kwaliteit van de informatieverstrekking'.

Het is een constatering die anno 2012 nog steeds opgeld doet. Vleesverwerker Weyl, waar mijn laatste blog over handelde, is een recent voorbeeld in een lange reeks.

Toevalligerwijs eindigt Lakeman zijn boek van toentertijd (1984) ook met een fraude bij een dergelijk bedrijf: de Vleeschmeesterfraude. Een zaak waarin de Hoge Raad op 25 oktober 1983 arrest wees. Dat handelde over een eventueel verschoningsrecht voor accountants.

Een beroep op dat recht werd door de Hoge Raad afgewezen. Onder meer met het volgende, overduidelijke, argument: 'Registeraccountants moeten primair controleren en zijn geen hulpverleners'. Evenzo fraai is de volgende volzin over de accountant: 'dat hetgeen hem bekend wordt in het kader van zijn controle niet kan worden ontbeerd bij het aan de dag brengen van de waarheid...'.

En dat laatste is nu telkenmale mijn probleem in kwesties van fraude en faillissementen. In nagenoeg alle aansprekende zaken blijkt achteraf dat de accountant door eerder te spreken - om zo de waarheid aan de dag te brengen -  schade had kunnen beperken. Echter, door te zwijgen en zich te lang aan de zijde van de cliënt te scharen door toe te staan dat de kwaliteit van de informatieverstrekking niet optimaal is, gaat de accountant met diens cliënt bergafwaarts.

Om aansprakelijkheidsclaims af te weren wordt dan meestal gesteld dat de accountant zich keurig aan de regels heeft gehouden. Indien dat daadwerkelijk zo zou zijn mag het argument van geheimhouding of een beroep op het verschoningsrecht niet 'de schaamlap' zijn om het afleggen van verantwoording tegen te gaan.

Verantwoording die wordt gevraagd door partijen die voor de schade opdraaien of daarvoor opkomen. Curatoren, de VEB of andere betrokken partijen. Zoals Lakeman. Die accountants op eigen wijze typeert: als palingen die kronkelen om de belangen van hun cliënten te beschermen.

Overigens staat het schrijven van een soortgelijk boekje - met een hoofdrol voor falende bestuurders en accountants - nog op mijn te doen lijstje. Waar ik Het gaat uitstekend kreeg bij de start van mijn loopbaan, vrees ik dat mijn boekje er pas als sluitstuk daarvan gaat komen. Druk, druk, druk.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.