Magazine

Schietschijf op aandeelhoudersvergaderingen?

De commissie Tabaksblat wil de externe accountant laten optreden op de aandeelhoudersvergadering. Deskundigen uiten grote twijfels.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 3, 2003

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Micha Kat

“In 1997 zei Philip Wallage, lid van de commissie Peters, de ‘voorloper’ van Tabaksblat, dat ze voor wat betreft de positie van de accountant niets hadden hoeven te bedenken. Zes jaar later ligt dat wel even anders. Tabaksblat besteedt een compleet hoofdstuk, het vierde, aan de interne en de externe audit.”

Aan het woord is advocaat Jan Louis Burggraaf van Allen & Overy op een door zijn kantoor georganiseerde cyclus van seminars over corporate governance. Eerst staat hij stil bij een vernieuwing die Tabaksblat wil doorvoeren aangaande de benoeming van de externe accountant door de vennootschap: waar thans in de wet wordt uitgegaan van een zogeheten ‘gelaagde structuur’ - primaire bevoegdheid bij de algemene vergadering van aandeelhouders - secundaire bevoegdheid bij de raad van commissarissen en als die ‘ontbreekt of in gebreke blijft’ mag het bestuur de keuze maken - wil Tabaksblat een exclusieve bevoegdheid neerleggen bij de algemene vergadering van aandeelhouders.

Burggraaf: “Een verbetering, want de huidige praktijk staat op gespannen voet met de wet. Vaak immers maakt de algemene vergadering van aandeelhouders geen gebruik van zijn primaire bevoegdheid, maar beperkt zichtot het bevestigen van de voordracht van raad van commissarissen en/of raad van bestuur. In de conceptcode van Tabaksblat is deze gelaagde structuur verdwenen en ligt een plicht tot voordracht bij de raad van commissarissen. De algemene vergadering van aandeelhouders moet deze voordracht vervolgens bevestigen.”

‘Weinig doordacht’

De toon is gezet: het onderwerp ‘accountants en Tabaksblat’ is materie voor fijnproevers. Toch ontstaat er enige hilariteit als Burggraaf komt te spreken over een ander belangrijk punt uit de conceptcode dat te vinden is in een van de zogeheten best practice-bepalingen: de externe accountant kan over zijn verklaring omtrent de getrouwheid van de jaarrekening worden bevraagd door de AVA, woont derhalve deze vergadering bij en is daarin bevoegd het woord te voeren.

De advocaat: “Hier staat nogal wat. Welke informatie mag de accountant op zo’n moment geven en welke niet? Is hij verplicht te antwoorden? Hoe zit het met de aansprakelijkheid van de accountant voor zijn antwoorden? Dit voorstel van de commissie is te weinig doordacht. Ik zie het alleen nog wat worden als de accountant slechts kan worden bevraagd via de voorzitter van de algemene vergadering van aandeelhouders zodat die de vragen kan filteren. Want wat moet een accountant als hij het vuur aan de schenen krijgt gelegd over bijvoorbeeld de hoogte van de voorziening voor juridische calamiteiten, dat hem gevraagd wordt: waarom is er tien miljoen gereserveerd en niet vijftien? Ik zie hem al zwetend omkijken naar de raad van bestuur voor steun. Om nog maar te zwijgen van waarderingsproblemen rond immateriële activa als patenten, licenties en goodwill.”

Bouwwerk

Burggraaf heeft als specialiteit om bedrijven te adviseren op vraagstukken rond corporate governance. Is het zo moeilijk om bijvoorbeeld de aanbevelingen van Tabaksblat te implementeren dat bedrijven daar specifieke hulp bij nodig hebben? Burggraaf: “Je helpt cliënten te complyen aan wet- en regelgeving. Zeker als het comply or explain-principe van Tabaksblat opgeld gaat maken - voldoe aan de normen en als je dat niet doet leg dat dan uit - hebben bedrijven deskundige hulp nodig, natuurlijk vooral als ze gaan explainen. Het is ook een kwestie van de verschillende delen van het bouwwerk - raad van bestuur, raad van commissarissen, audit committee en andere gremia - zodanig op elkaar af te stemmen dat er een solide constructie ontstaat.”

Schietschijf

Voor wat betreft het optreden van de externe accountant op de algemene vergadering van aandeelhouders is Burggraaf vooral bang dat de aandeelhouder in zijn vuur de accountant te bevragen de nuances verliest en geen verschil maakt tussen jaarverslag, jaarrekening en accountantsverklaring. “Dit maakt de accountant al snel tot een schietschijf, want hij krijgt vragen waar hij niet op kan of mag antwoorden. De verantwoordelijkheid voor het jaarverslag en de jaarrekening ligt immers bij de vennootschap. De raden van bestuur en commissarissen hebben de wettelijke vrijheid bepaalde vragen vanuit de algemene vergadering van aandeelhouders niet te beantwoorden, bijvoorbeeld als grote concurrentiebelangen op het spel staan. Zou de accountant dan wel de plicht hebben overal op in te gaan? Bijvoorbeeld als hij kennis heeft van een op handen zijnde overname die nog geheim moet blijven en de vraag krijgt ‘heeft u al uw kennis over de actuele situatie van het bedrijf opgenomen in de overige gegevens bij de jaarrekening en het jaarverslag?’. Hij kan op eigen kracht volgens mij nog niet eens de afweging maken wat hij wel en niet mag beantwoorden. Het gevolg zal zijn dat er een ingewikkelde body language zal ontstaan tussen accountant en de van bestuur die aangeeft hoe op specifieke vragen te reageren.”

Aansprakelijkheid

Een benaderingswijze zou kunnen zijn de bevraging te beperken tot de accountant in zijn publieke functie. Dat zou betekenen dat de vragen alleen betrekking mogen hebben op de accountantsverklaring zelf. Burggraaf: “Ik voorzie dan weinig verheffende woordenwisselingen. Over bijvoorbeeld de representiviteit van het aantal steekproeven op de opgegeven voorraden. Ze kunnen hem vragen: waarom zijn er twintig steekproven genomen en geen veertig?”

Wat de aansprakelijkheid van de accountant betreft voor wat hij op de aandeelhoudersvergadering zegt maakt Burggraaf zich weinig
illusies: “Hij zal op zijn antwoorden worden afgerekend, natuurlijk!” Burggraaf herhaalt wat hij zei op het seminar: “Ik zie het alleen wat worden als de vragen worden ingediend bij de voorzitter die vervolgens bepaalt welke vragen naar de accountant worden doorgespeeld.”

Audit committee

Philip Wallage, partner van KPMG, hoogleraar accountantscontrole aan de Universiteit van Amsterdam en als lid van de commissie Peters (de eerste corporate governance-commissie) specifiek deskundig, is het in grote lijnen met Burggraaf eens. “In feite is alles wat de accountant mag zeggen van technische aard. Dat is gewoon niet interessant voor de algemene vergadering van aandeelhouders.” Wallage ziet eventueel wel een rol voor de accountant als ‘bewaker’ van de informatie die de raad van bestuur als verantwoordelijke geeft over de jaarrekening. “Als er grote onjuistheden worden gemeld, kan hij ingrijpen.”

Maar zowel Wallage als Burggraaf ziet een principiëler bezwaar aan dit alles: het voorstel gaat voorbij aan de rol van het audit committee dat grote ondernemingen dienen samen te stellen uit hun raad van commissarissen.

Wallage: “Het audit committee komt veel eerder in aanmerking voor het inlichten van de aandeelhouders dan de accountant zelf. Het audit committee moet belangrijke zaken dan natuurlijk zowel met de interne als de externe accountant voorbespreken, maar daar zitten ze voor. Overigens beveelt Tabaksblat dat ook expliciet aan waar hij wijst op ‘het belang van het gesprek tussen accountant en raad van commissarissen buiten aanwezigheid van het bestuur’”

Burggraaf: “De voorzitter zal vele vragen over de jaarrekening en de accountantsverklaring doorspelen naar het audit committee. Je kunt je dan afvragen: wat is nog de meerwaarde van de fysieke aanwezigheid van de accountant op de algemene vergadering van aandeelhouders als hij ook nog aansprakelijkheidsrisico’s loopt?”

Volgens Burggraaf heeft “de helft van de AEX-fondsen” inmiddels een AC. Bij veel kleinere bedrijven valt de audit committee samen met de raad van commissarissen. “Ik heb al best wat audit committees zien opereren en het viel me niet tegen. Ze worden steeds professioneler”, merkt Louis Burggraaf op. Desondanks ziet Burggraaf een probleem bij het werven van voldoende deskundigheid voor het audit committee, zeker nu er specifieke deskundigheidseisen worden gesteld.

Buitenland

Nederland is niet het eerste land dat accountants ter verantwoording wil laten roepen door de aandeelhouders. Philip Wallage kent vanuit het mondiale KPMG-netwerk enkele voorbeelden. Hij denkt vooral aan Frankrijk en Australië, waar de accountant een wettelijk voorgeschreven aanwezigheidsplicht heeft. “Wat ik ervan weet is dat de accountant vaak nauwelijks aan het woord komt. En als hij al iets zegt verwijst hij naar zijn verklaring of naar algemene normen, controlestandaarden en openbare richtlijnen. Ik voorzie niet dat de aandeelhouders daar massaal op zitten te wachten. Nee, ik ben zelf nooit getuige geweest van zo’n optreden, maar heb wel de KPMG-richtlijnen gezien die accountants in die landen meekrijgen als ze aanwezig moeten zijn. Die zeggen dan: verwijs naar de accountantsverklaring, bevestig dat de jaarrekening een getrouw beeld geeft en dat je werkt volgens algemeen geaccepteerde grondslagen.”

Marcel Smits, CFO van Vendex KBB

“Zinvol zou kunnen zijn aan te geven wat de rol van de accountant is geweest bij het doen van belangrijke acquisities. In hoeverre was hij betrokken bij de due diligence? Nuttige informatie lijkt me ook de bijzondere aandachtspunten die de accountant ieder jaar van het bestuur meekrijgt. Welke zijn dat en wat waren de voornaamste verbeteringsmogelijkheden?

Met dit soort zaken blijft de rol van de accountant voor de algemene vergadering van aandeelhouders wat minder in de lucht hangen. In zijn huidige vorm kan ik met de desbetreffende aanbeveling van Tabaksblat niet zo goed uit de voeten. Degene die jegens de aandeelhouder verantwoording aflegt is volgens mij de bestuurder. Maar als wij transparant zouden maken op welke wijze de onderneming de accountant inzet bij de beheersing van risico’s, dan komen er wel zinvolle vragen die ook echt bij de accountant thuis horen. Welke controletechnieken gebruikt u voor die en die delen van uw opdracht? Hoeveel uren heeft u daarvoor gemaakt? Welke medewerkers zijn ingezet? En ga zo maar door.

Het is overigens opvallend dat de code de controlerend accountant zelf ongemoeid laat. Ik heb zelf tegen onze accountant gezegd dat de waarde van zijn stempeltje in mijn jaarrekening devalueert als hij te vaak in het nieuws komt als gevolg van afbreukrisico’s die voortkomen uit advies, advocaten, belasting of forensische praktijk. Ik heb onze accountant dus aangegeven dat hij zich wat mij betreft op deze punten terughoudend opstelt.”

Frank Dorjee, CFO van Van der Moolen

“De raad van beroep is verantwoordelijk voor de jaarrekening. Die moet duidelijk zijn en een goed inzicht bieden, althans zo goed dat de algemene vergadering van aandeelhouders ermee uit de voeten kan. Ook is de raad van beroep verantwoordelijk voor een adequate interne controle. De uitvoerend accountant vormt geen orgaan van de vennootschap en heeft alleen al daarom in principe niets te zoeken op een aandeelhoudersvergadering. Dit alles wordt bij uitstek uitgedrukt in de nieuwe Amerikaanse regelgeving die de CEO opdraagt persoonlijk te tekenen voor de juistheid van de jaarrekening. Het laten opdraven van de externe accountant zorgt alleen maar voor meer onduidelijkheid. In feite vind ik het een onzinnig voorstel. Tabaksblat werkte onder grote maatschappelijke druk en heeft zich waarschijnlijk laten meeslepen.

Iets anders is dat er zeker sprake is van een toenemende roep vanuit de samenleving dat de accountant duidelijker uitlegt wat hij nu eigenlijk precies doet en controleert. Het vertrouwen is beschaamd. Maar dit is daartoe zeker niet de aangewezen weg.”

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.