Opinie

Schikking E&Y inzake Landis: transparantie gewenst

Vorige week verscheen een indrukwekkend vonnis van Rechtbank Midden-Nederland: bestuurders en commissarissen van Landis zijn aansprakelijk voor het faillissementstekort. Ook vernietigend voor Ernst & Young, dat de zaak dan ook schikte - zo blijkt.

Ik schreef eerder over voormalig beursfonds Landis en noem deze organisatie altijd - bijvoorbeeld recent in de Tweede Kamer - in het rijtje van accountantsfalen. In mei 2009 besteedde ik aandacht aan een rapport van de Ondernemingskamer die de kwestie onderzocht en haalde daaruit onder meer de volgende conclusies aan:

  • Over de zogeheten 'hoofdkantooraanpassingen': 'Ruim twee en een half jaar lang heeft de leiding van Landis die buitenwereld een (sterk) vertekend beeld van haar werkelijke prestaties voorgespiegeld en daarmee bewust een verkeerde basis gelegd voor de besluitvorming door die buitenwereld.'
  • En over de rol van de accountant: 'Dat deze vertekening van de werkelijkheid bij Landis zo lang buiten de openbaarheid kon blijven was mede een gevolg van de welwillendheid van haar financiers. Want winst en balansposities laten zich met veel creativiteit (en tolerantie van de controlerende accountant) een tijdlang manipuleren.'

Ik voorspelde dat de accountants van Ernst & Young van die laatste passage hoofdpijn zouden krijgen. Ik schreef in 2012 over hun handelen een opinie voor curatoren die in de tuchtzaak (in beroep) tegen de individuele accountant is ingebracht. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) oordeelde in de tuchtkwestie in maart jongstleden:

'Het College is van oordeel dat appellant in zeer ernstige mate tekort is geschoten in zijn werkzaamheden als controlerend registeraccountant van Landis. Appellant is niet voldoende kritisch en onafhankelijk geweest bij de controle van de jaarrekening 2000 en de compliance certificates en heeft hierdoor een goedkeurende verklaring verstrekt respectievelijk goedkeurende mededelingen gedaan zonder dat daarvoor een deugdelijke grondslag bestond.'

En voorts: 'Dit alles heeft eraan bijgedragen dat een flatterend en misleidend beeld van de financiële positie van Landis kon ontstaan. (...) Appellant heeft ten slotte de jaarrekening 2000 willens en wetens van een goedkeurende accountantsverklaring voorzien terwijl de accountantscontrole nog niet was afgerond.'

Terug nu naar het vonnis van de Rechtbank Midden-Nederland. In 144 pagina's (zie rechtspraak.nl, LJN CA3225) wordt de vloer aangeveegd met bestuurders en commissarissen. Zij zijn hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor een voorlopig voorschotbedrag van 25 miljoen euro.

Het vonnis laat zien dat de financiële verslaggeving over 1999, 2000, 2001 en ten aanzien van compliance certificates op vele onderdelen 'onjuist en misleidend' is geweest. Onder meer door vele hoofdkantooraanpassingen.

Dit alles onder het goedkeurend oog van de accountant. Waarachter bestuurders en commissarissen zich dan ook snel verschuilen. Sterker: de rechtvaardiging van de accountant die de vele 'onjuiste en misleidende' onderdelen had toegestaan werd door hen gevolgd.

Hetgeen de Rechtbank vele maken van tafel veegt. Hetgeen betekent dat de accountant heeft meegewerkt aan de publicatie van stukken die 'onjuist en misleidend' zijn. Het gaat vaak om materiële posten zoals het ten onrechte meetellen van meer dan 30 miljoen omzet, het ten onrechte activeren van kosten, het ten onrechte opnemen van boekwinsten, onjuist consolideren, het ten onrechte laten vrijvallen van voorzieningen, manipulatie van relevante ratio's.

Het vonnis van de Rechtbank is daarmee niet alleen een standje voor bestuurders en commissarissen, maar nu het om de financiële verslaglegging gaat vooral ook eentje voor de betrokken accountantsorganisatie.

Die wordt middels het vonnis echter niet aansprakelijk gesteld in relatie tot het voorlopige voorschot van 25 miljoen euro. Waarom niet lezen we - het was even doorbijten om er te komen - op pagina 141 van het vonnis: 'Volgens de curatoren bedraagt het tekort thans ongeveer 45 miljoen euro, na verdiscontering van de schikking met Ernst & Young en de banken'.

Aha, hier komt een aap uit de mouw: Ernst & Young heeft de zaak met curatoren geschikt. Hetgeen we (nog) niet lazen in het transparantieverslag. Dat gaat Ernst & Young binnenkort vast herstellen door ons mededeling te doen waarom en voor hoeveel ze in deze geschikt hebben. (*)

Lijkt me overigens een leuke taak voor de onlangs bij Ernst & Young ingestelde Commissie Publiek Belang om op die verantwoording adequaat toe te zien - het gaat hier immers om een publiek belang.

Overigens heeft BDO in deze zaak laten zien de verslaggevingsregels wel juist toe te kunnen passen (waarom kunnen accountants in bijzondere onderzoeken wél de vereiste kwaliteit leveren?) en BDO krijgt dan ook een compliment van de Rechtbank:

'Uit de inhoud van het - overgelegde - rapport van BDO vloeit bovendien voort dat de BDO-bevindingen in aanmerkelijke mate stroken met de gronden die de rechtbank heeft gebezigd om tot aansprakelijkheid van de bestuurders en commissarissen te beslissen, voor zover dit de jaarrekeningen 1999 en 2000 betreft'.

Marcel Pheijffer

(*) Redactie Accountant.nl: Inmiddels is uit het curatorenrapport duidelijk geworden dat het gaat om een in het voorjaar van 2012 overeengekomen schikking van 11,5 miljoen euro. Zie daarover dit bericht van 26 juni 2013 op Accountant.nl.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.