Opinie

Volledigheid opbrengstenverantwoording

Moet je de volledigheid van de opbrengstenverantwoording altijd controleren? Is het altijd een frauderisico en daarmee een significant risico? Is het niet een typisch Nederlands iets? Is het gedachtengoed van Starreveld niet hopeloos ouderwets? Past het gedachtengoed van Starreveld wel binnen de COS? Dit zijn vragen die ik veel hoor, meestal een beetje mopperig. Dit is hoe ik zou antwoorden.

Moet je de volledigheid van de omzet altijd controleren? Ja, natuurlijk! Alle materiële posten in de jaarrekening controleer je op betrouwbaarheid, dus ook op volledigheid. Daar lijkt me geen discussie over mogelijk.
Is de volledigheid van de omzet altijd een frauderisico en daarmee een significant risico? Nee, zeggen de COS (240.26). Je hebt de mogelijkheid om te beredeneren dat dit niet zo is. In de praktijk zie ik dat accountants dit ook doen. De redeneringen volgen of wel de lijn van materialiteit of wel die van frauderisicofactoren.

Redenering één: Een materiële fraude is niet mogelijk omdat er dan zoveel weg zou moeten zijn dat het op zou vallen. Argumenten: de hoeveelheid vrachtauto’s die nodig zou moeten zijn om de goederen weg te sluizen, de markt die niet zou bestaan voor het zwart verkopen van grote hoeveelheden, het aantal kassa’s dat buiten de boeken moet blijven etc.
Probleem met deze redeneringen is meestal dat ze niet goed onderbouwd zijn. Cijfermatig niet, maar er is ook een conceptueel probleem: je gaat op basis van de cijfers zelf redeneren dat een materiële post (een post waarin op grond van de omvang een materiële afwijking kan voorkomen) geen afwijking van materieel belang kan bevatten. Dat lijkt mij een slang die in zijn eigen staart bijt.

De andere redenering ziet op de frauderisicofactoren (zoals genoemd in bijlage 1 bij COS 240). Er wordt dan geen frauderisico geïdentificeerd voor de volledigheid van de omzet, omdat de situatie niet voldoet aan de kenmerken: stimulans/druk, gelegenheid en instelling/rechtvaardiging. Dan lees je zaken als: de directie verdient genoeg, ze zijn integer, ze zijn christelijk, ze hebben belang bij het volledig tonen van de omzet vanwege verkoopplannen/de bank, de controller rijdt niet in te dikke auto etc.
Redeneringen die niet onlogisch klinken, maar snijden ze hout? Hoe goed ken je je klant? Hoe vaak ben je er eigenlijk als accountant? Wat weet die assistent die de planningsfase invult omdat hij of zij degene is die tijd heeft in de zomer? En ook hier zie ik een conceptueel probleem: kun je je klant ooit zo goed kennen? Ik denk het niet. Frauderisico-factoren zijn geschikt om risico’s te signaleren, niet om ze weg te redeneren.

Mijn insteek zou dus zijn: gebruik risicoanalyse alleen om risico’s te signaleren en niet om ze weg te redeneren. En waarom zou je ze weg redeneren? Om zo minder controlewerkzaamheden te hoeven doen? Niet nodig, want zo veel werk is het nu ook weer niet om de volledigheid van de omzet te controleren.

Bekijk het top-down vanuit de jaarrekening. Wat kan er mis gaan?

In de eerste plaats kunnen er zaken administratief niet goed zijn verantwoord. Het grootboek sluit niet aan met de sub-administratie, opbrengsten zijn credit verantwoord onder de kosten of op de balans: de logische verbanden in het systeem van dubbel boekhouden zijn verstoord. Afwijkingen die gemakkelijk zijn op te sporen door aansluitingen te maken en te kijken naar bijzondere boekingen waaronder memoriaal- en correctieboekingen. Afwijkingen ook die je geacht mag worden te signaleren.

Moeilijker wordt het als er transacties buiten de boeken zijn gebleven, als kosten wel in de jaarrekening zijn verantwoord maar de bijbehorende omzet niet of maar gedeeltelijk. Wat doe je dan?  Inhoudelijk kijken naar de cijfers: beoordelen of de verhoudingen tussen omzet en kosten kloppen. En dan komt Starreveld’s denken nog steeds van pas omdat hij per typologie aangeeft naar welke verhoudingen en relaties je zou moeten kijken om de volledigheid van de omzet te bepalen. En dat denken past prima binnen de COS, waarom niet?

En als zowel kosten als omzet buiten de boeken blijven? Als er geen aanknopingspunten te vinden zijn in de administratie? En als je hebt gevraagd aan de directie en diverse werknemers of er transacties geheel of deels buiten de boeken worden gehouden, of er te lage verkoopprijzen worden berekend en men verzekert je van niet? En als je ook geen enkele andere aanwijzing hebt? Dan houdt het op voor de accountant. Je bent geen detective.

Mijn devies: controleren in plaats van redeneren dat controlewerkzaamheden niet nodig zijn, maar het dan wel slim en efficiënt aanpakken. Data-analyse is daarvoor een prima tool (maar handmatig kan het evengoed).

Zie ik dingen over het hoofd, ga ik tekort door de bocht? Geef je mening! Alleen als er een actieve en brede discussie ontstaat over de interpretatie van de regels, kunnen we als beroep stappen maken en is concurrentie op kwaliteit niet langer een illusie!

In deze serie vertelt Marianne van der Zijde, ex-toezichthouder bij de AFM, hoe zij naar de accountancy kijkt, met als doel te helpen jaarrekeningcontroles leuker en beter te maken.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marianne van der Zijde adviseert accountantsorganisaties en is voormalig hoofd toezicht kwaliteit accountantscontrole en verslaggeving van de AFM.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.