Tuchtrecht

Onduidelijkheid over aanvullend cliëntenonderzoek

Vanwege contante transacties en btw-fraude was er een verhoogd risico op witwassen en dus alle aanleiding om een Wwft-melding te doen en nader cliëntenonderzoek in te stellen. De Wwft is echter onduidelijk over wat dat nadere onderzoek dan moet inhouden.

Accountantskamer

Zaaknummers:
13/2762 Wtra AK
Datum uitspraak:
21 juli 2014
Oordeel:
deels gegrond
Maatregel:
waarschuwing
Status:
deels vernietigd, , CBb 12 januari 2016, AWB 14/596
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2014:60, Samenvatting CBb-uitspraak

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Het Bureau Financieel Toezicht (BFT) doet bij een accountantskantoor een regulier onderzoek naar de naleving van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Een accountant-administratieconsulent is verantwoordelijk voor de dossiers inzake twee werk-bv's en een houdster-bv van een man en/of zijn vrouw respectievelijk van een nv.

De man mag na een eerder faillissement geen statutair (mede)bestuurder meer zijn. Bij de werk-bv's is sprake van een stroman-constructie en contante handel en transacties met een land dat tot 2010 een non complying country was. Uit het accountantsdossier blijkt dat één van de werk-bv's over 2008 en 2009 1,1 miljoen euro te weinig omzetbelasting heeft betaald. Deze werk-bv is daarom in mei 2010 failliet verklaard. Het accountantskantoor beëindigt later de relatie met de bv's.

De AA is ook verantwoordelijk voor het dossier van een nv, waarvoor een aparte poot van het accountantskantoor trustwerkzaamheden uitvoert. De accountant is (mede)bestuurder van enkele nv-dochters. De nv is de enige klant van de trustpoot. Uit het dossier blijkt niet dat de accountant heeft vastgesteld wie de uiteindelijke belanghebbende (UBO) van de nv is.

Het BFT dient een klacht in bij de Accountantskamer.

Klacht

De accountant heeft:

  1. geen (goed) cliëntenonderzoek gedaan;
  2. geen meldingen gedaan van ongebruikelijke transacties.

Oordeel

De klacht is deels gegrond.

Ad 1

De Accountantskamer stelt vast dat de gefailleerde bv contante transacties met een buitenland deed, zonder stukken waarmee die transacties kunnen worden geverifieerd. Ook heeft deze bv substantieel te weinig omzetbelasting afgedragen. De vrouw was als (mede)directeur medeverantwoordelijk voor deze lage afdracht en zij was de ondernemer van de andere werk-bv.

Deze omstandigheden brengen een hoger risico op witwassen met zich mee, zodat de accountant een aanvullend cliëntenonderzoek had moeten uitvoeren. In de Wwft wordt echter niet omschreven wat dit aanvullende onderzoek concreet kan of moet inhouden. Het BFT heeft hierover geen uitsluitsel verschaft, terwijl je dat wel kunt verlangen nu de accountant al beschikte over een kopie van een identiteitskaarten van de man en de vrouw.

Volgens de accountant heeft hij de identiteit van de belanghebbenden van de nv wel degelijk vastgesteld en geverifieerd. Het gaat om een vooraanstaand ondernemer in België, zijn vrouw en hun vier kinderen. Omdat de belanghebbenden een kleiner belang hebben dan 25% vallen zij niet onder de Wwft. Bovendien had de accountant al een zakelijke relatie met hen lang voordat de Wwft werd ingevoerd.

Volgens de Accountantskamer miskent de accountant met deze redenering dat hij gewoon moet nagaan wie de uiteindelijke belanghebbende(n) is/zijn en dat vastleggen. Nu hij dat heeft nagelaten, valt niet uit te sluiten dat er vier of minder uiteindelijke belanghebbenden zijn en was alleen de identiteit van de ondernemer vaststellen niet genoeg.

De accountant doet vergeefs een beroep op het overgangsrecht bij de Wwft. Daarin staat dat onderzoek naar de uiteindelijk belanghebbende(n) alleen achterwege kan blijven bij cliënten die al waren geïdentificeerd of die niet geïdentificeerd hoefden te worden. Bovendien is de nv een nieuwe cliënt in de zin van de Wwft, omdat de trustpoot de nv in juni 2010 nog een rekening van ruim 86 mille stuurde voor begeleidingskosten, advies en verwerving.

Ad 2

In een uitgebreid verweer voert de accountant onder meer aan dat:

  • de administratie van de niet-gefailleerde werk-bv werd verzorgd door de boekhouder van de onderneming, waardoor de accountant deze slechts één keer per jaar naderhand te zien kreeg;
  • de lening die de niet-gefailleerde werk-bv verstrekte aan een leverancier en de aansluitende betaling niet ongebruikelijk waren gezien de onderlinge relatie tussen beiden;
  • dat de contante aanschaf van een personenauto door de gefailleerde werk-bv in september 2010 niet bleek uit de administratie van de niet-gefailleerde werk-bv en hij het verband tussen beide bv's hierbij niet kende;
  • het accountantskantoor de zakelijke relatie met de niet-gefailleerde werk-bv in januari 2011 heeft beëindigd vanwege de btw-fraude waar de vrouw bij betrokken was;
  • het kantoor van de accountant bij de gefailleerde werk-bv alleen de jaarrekening moest opstellen, maar de jaarrekening 2009 niet definitief heeft opgesteld, onder meer omdat de directie geen documentatie verstrekte over de transactie met een relatie in een buitenland;
  • de contante transactie van de gefailleerde werk-bv niet ongebruikelijk was, omdat het geen contante betaling áán maar dóór deze onderneming betreft en de objectieve indicator dus niet van toepassing was;
  • ook de subjectieve indicator niet van toepassing was, omdat het een aankoop betreft van een personenauto tegen een marktconforme prijs en dus "een eenvoudige, bepaald niet complexe transactie, met een duidelijk economisch en rechtmatig doel, te weten de eigendomsverkrijging tegen een marktconforme prijs";
  • het daarom niet duidelijk is waarom de accountant nader onderzoek had moeten doen naar de persoon van de verkoper van de personenauto;
  • ook de zakelijke relatie met de twee andere bv's in januari 2011 is beëindigd.

De accountant ontkent stellig dat hij eerder wist van de btw-fraude en herhaalt dat de administratie van frauderende bv niet door het accountantskantoor maar door de onderneming zelf werd verzorgd. Het kantoor raakte er pas medio 2010 van op de hoogte. Desgevraagd antwoordde de ondernemer toen dat de Belastingdienst al een onderzoek was begonnen in verband met nihilaangiften.

De accountant zegt dat hij er in 2009 en 2010 vanuit ging dat er geen reden was om tot melding van een ongebruikelijke transactie over te gaan omdat de Belastingdienst en de FIOD al onderzoek deden. De accountant heeft telefonisch contact gehad met het bureau Vaktechniek van de NOvAA, dat aangaf dat een melding niet nodig was.

De accountant voert bovendien aan dat hij geen enkel vermoeden had van fiscale fraude bij de nv. Er was en is geen reden om aan te nemen dat de transacties uit de jaren tachtig - ver voordat hij medebestuurder werd - verband houden met witwassen. De vennootschappen leiden sinds jaar en dag een min of meer slapend bestaan, in afwachting van de afwikkeling van de herstructurering en liquidatie. De administratie uit de jaren tachtig en negentig is niet meer voorhanden en gezien de wettelijke termijn voor het bewaren van administraties hoefde dat ook niet. Er viel dus niets te melden.

Gezien dit verweer heeft het BFT in de ogen van de Accountantskamer niet aannemelijk gemaakt en niet onderbouwd dat de accountant aan FIU-Nederland melding had moeten maken van:

  • de contante aankoop van de Porsche Cayenne;
  • een stromanconstructie bij de later gefailleerde werk-bv;
  • het voor de Belgische fiscus verhullen van het vermogen en de identiteit van rechthebbenden bij de nv, terwijl de herkomst van een groot deel van dit vermogen onbekend zou zijn;
  • de factuur voor de nv van juni 2010.

De accountant had echter wél moeten melden dat:

  • de later gefailleerde werk-bv over 2008 ongeveer 6 ton te weinig aan omzetbelasting had afgedragen;
  • deze werk-bv contante transacties deed met een leverancier in een land dat volgens de FATF tot begin 2010 een non-complying country was.

Dat laatste had voor de accountant een extra indicator moeten zijn om te melden. Door die melding steeds na te laten heeft de accountant onprofessioneel gehandeld.

Maatregel

Waarschuwing.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.