Onderzoekende geest

Wordt het nog wat met die arbeidsproductiviteit?

"You can see the computer age everywhere but in the productivity statistics." Aldus een beroemde uitspraak van de Amerikaanse econoom Robert Solow, in 1987. Hoe staat het er een kleine veertig jaar later voor? En kan technologie de productiviteit van accountants verhogen en daarmee ook een oplossing bieden voor arbeidsmarkttekorten?

Nart Wielaard

Allereerst even een broodnodige definitiekwestie. Wanneer accountants spreken over productiviteit, hebben ze het vaak over welk deel van hun uren ze op klanten boeken en dus (hopelijk) kunnen factureren. Dat blijkt ook weer uit een recent onderzoekje dat concludeerde dat de gemiddelde productiviteit van accountants- en administratiekantoren in Nederland in 2024 daalde van 72 naar 66 procent. Ook op deze site werd dit gebracht onder de kop 'dalende productiviteit'. Dat is op zijn minst verwarrend. Want wat onder economen wordt gezien als productiviteit – de waarde van wat we per persoon produceren – ging in de accountancy niet omlaag, maar juist omhoog.

Die definitiekwestie neemt niet weg dat de oneliner van Robert Solow een prominente rol speelt in het debat over arbeidsproductiviteit. De teneur: computers kunnen een hoop leuke dingen, maar ze maken ons niet productiever. Gaat het hier om een feitelijke constatering, of een narratief dat makkelijk in ons brein blijft plakken en dan maar als waar wordt aangenomen?

Het antwoord ligt genuanceerd. Dat is overigens wel vaker zo, niet voor niets heeft NRC een wekelijkse bijdrage (en podcast) getiteld 'zo simpel is het niet'. Laten we een poging doen om in beknopte vorm de belangrijkste factoren te bekijken.

Impact technologie

Nieuwe technologie heeft vaak wel degelijk impact, zo leert de historie.

Allereerst het goede nieuws: Nieuwe technologie heeft vaak wel degelijk impact, zo leert de historie. De uitvinding van elektriciteit, spoorwegen of het internet bleken een flinke aanjager van de productiviteit. Alleen het duurt vaak wat langer dan gedacht. Pas zo'n twintig jaar na de opkomst van het internet was er sprake van een productiviteitsstijging.

Verder speelt er een hardnekkig misverstand over de relatie met de arbeidsmarkt. Productiviteitsverhoging wordt vaak gezien als hét middel om personeelstekorten op te lossen en optimisten zien daarin ook voor de accountancy een reddingsboei. De redenering klinkt valide: als we per gewerkt uur meer produceren, zijn er minder mensen nodig om dezelfde productie te leveren. Maar vaak werkt het niet zo: als werknemers productiever worden, wordt het ook aantrekkelijker om er meer aan te nemen. Bovendien: mensen kunnen als gevolg van de hogere productiviteit per uur zich eerder de luxe gaan veroorloven om minder te werken… Kortom, een hogere productiviteit is goed voor onze welvaart, maar het effect op de arbeidsmarkt is diffuus.

Dan speelt er nog een andere simplificatie, waar de directeur van het Centraal Planbureau eind 2024 aandacht voor vroeg: dat Nederland het zo slecht doet in internationaal verband, doordat we in tien jaar tijd van plek vijf naar plek tien op de internationale productiviteitsranglijst zijn gezakt. Ook hier ligt het weer minder simpel dan gedacht: het heeft namelijk vooral te maken met onze sectorstructuur. "Alleen al de afbouw van de aardgaswinning in Groningen zorgde bijvoorbeeld de afgelopen tien jaar voor een 0,3 procent lagere groei van de jaarlijkse productiviteit bij bedrijven."

AI

Gaat AI onze productiviteit straks tot ongekende hoogtes opstuwen?

En dan de million-dollar-question in een tijd waarin AI alle aandacht opeist. Gaat AI onze productiviteit straks tot ongekende hoogtes opstuwen? Een vraag waar Joris Joppe op deze site ook al eens zijn licht over scheen. Tal van experts zijn het op dit vlak niet met elkaar eens. McKinsey zit bijvoorbeeld aan de optimistische kant, met een scenario waarin generatieve AI in de periode tot 2040 goed is voor een paar duizend miljard(!) dollar aan productiviteitsgroei. Aan de andere kant van het spectrum staat onder meer Nobelprijswinnaar Daron Acemoglu met een mogelijke impuls van een schamele half procent over een periode van tien jaar.  

De gedachten van uw auteur over deze nogal ruime bandbreedte: veel zal afhangen van hoe fundamenteel de rol van AI zal uitpakken. Laten we daartoe teruggrijpen op een klassieke theorie: The Nature of the Firm leert dat bedrijven alleen bestaan om transactiekosten te minimaliseren. Wanneer de kosten van het gebruik van de markt – bijvoorbeeld voor het vinden van prijzen of het onderhandelen over contracten – te hoog zijn, wordt werk naar binnen het bedrijf gebracht.  Deze transactiekosten worden niet lager bij de manier waarop AI nu vooral wordt ingezet. AI maakt op dit moment vooral het werk op taakniveau gemakkelijker. Dat levert zeker winst op: een werknemer kan een taak bijvoorbeeld in de helft van de tijd afronden, maar dat betekent niet dat het bedrijf twee keer zoveel output krijgt. Vaak wordt de productiviteitswinst (deels) geabsorbeerd door inefficiënties elders, zoals extra vergaderingen of meer afleiding voor niet-essentiële taken.

Onderzoekende geest

Nieuwsgierigheid is een deugd. Het helpt accountants hun werk goed te doen en bij te blijven op het vlak van strategie en innovatie.

Nart Wielaard prikkelt in de artikelenserie 'Onderzoekende geest' de nieuwsgierigheid naar onderwerpen die net buiten hun dagelijkse werk liggen, maar wel impact daarop kunnen hebben. Hij heeft niet altijd gelijk, maar wel vaak een punt. In het eerste deel ging het over rapporten die te vaak in een la belanden. Het tweede deel keek naar de invloed van private equity in de accountancy, waarbij emoties nog vaak de overhand krijgen.

Agents

De grote belofte is echter dat autonome AI-agents – AI toepassingen die zelfstandig beslissingen nemen en in actie komen – leiden tot een heel ander economisch model / productiestructuur. Deze agents vervangen afzonderlijke arbeidseenheden en daarmee ook complete afdelingen. De productiviteitswinst daarvan komt niet ten goede aan een individu maar aan de eigenaar van de agent – het bedrijf. En precies die winst zou wel eens heel groot kunnen zijn.

In menselijke organisaties kan een manager nooit over alle kennis beschikken om de beste beslissingen te nemen.

Hoe dat zit? In menselijke organisaties kan een manager nooit over alle kennis beschikken om de beste beslissingen te nemen. De hiërarchie maakt dat problematisch (of in elk geval traag) en bovendien heeft zijn/haar brein een beperkte opslagcapaciteit. Dat geldt niet voor een AI-agent: die kan een Mr-know-it-all worden en daardoor met een eindeloos geheugen komen tot een veel effectievere organisatie. AI zorgt in dat geval niet alleen voor sneller werk (dat is klein bier), maar voor een heel andere configuratie van de productiefunctie (een productiviteitsrevolutie). Of en wanneer dat ook voor accountantskantoren mogelijk gaat zijn? Wie het weet mag het zeggen.  

Nart Wielaard werkt op het snijvlak van maatschappij, technologie en bedrijfsleven. Hij brengt complexe ontwikkelingen terug tot eenvoudige en begrijpelijke verhalen en doet dat in de rol van gespreksleider, adviseur en schrijver.

Gerelateerd

reacties

Reageer op dit artikel

Spelregels debat

    Aanmelden nieuwsbrief

    Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

    Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.