Opinie

Kritiek op de AFM of zelfkritiek?

In een recent artikel in 'de Accountant' geven enkele adviseurs op het gebied van (Wta) compliance aan dat kritiek op de AFM veelal afkomstig is van partijen die zelf geen al te positieve resultaten boeken of die zich slecht hebben voorbereid op de communicatie met de AFM.

In hetzelfde artikel wijst een woordvoerder van de AFM op enkele belangrijke zaken: 

  • Veel kantoren blijken compliance pas serieus op te vatten als de AFM contact opneemt. Dit geeft de AFM (onnodig) veel werk.
  • De AFM is niet de juiste partij voor het beantwoorden van specifieke vragen: daar zijn gespecialiseerde adviseurs voor in de markt. (Om te voorkomen dat u denkt dat ik reclame maak noem ik maar even partijen als Certa Legal, Full Finance, Extendum en Van Kempen compliance & legal support.)

Wat mij persoonlijk echt verbaast is dat de AFM blijkbaar nog steeds de ervaring heeft dat veel kantoren de vergunningaanvraag niet serieus lijken te nemen, of pas als het al bijna te laat is op het idee komen dat gespecialiseerde ondersteuning misschien een beter idee is dan een we-zien-wel-want-wij-zijn-accountants-mentaliteit.

Ik herinner me levendig hoe vanuit zowel het ministerie van Financiën als vanuit de AFM intensief naar de markt is gecommuniceerd dat het toezicht geen wassen neus ging worden, en dat doorgaan op dezelfde weg géén optie was. Paul Koster, op dat moment bestuurder van de AFM, is er vele malen op aangesproken dat hij de boodschap te fors neerzette.

Aangenomen dat de ervaringen van de AFM juist zijn, moeten we dus nu constateren: het was blijkbaar voor velen nog niet fors genoeg.

Ook de eerdergenoemde adviseurs hebben in het verleden keer op keer gewezen op de noodzaak rekening te houden met wat de AFM werkelijk vraagt van kantoren, op de noodzaak te luisteren naar de AFM en niet eigen visies op de AFM te projecteren.

Eerder schreef ik hier al over de misvatting dat de AFM een formele toets zou doen die vooral om meer vinkwerk zou vragen. Het tegendeel is waar, de AFM vormt een oordeel op basis van een materiële toets, en ze vraagt niet om vinklijstjes, maar om deugdelijke controles.

Ik zal niet in herhaling vallen, dus ik zal niet wéér verwijzen naar de Nordemann-lezing van de toenmalige voorzitter van de AFM, maar ik wil wel graag wijzen op het bredere probleem.

Keer op keer hebben ministerie en AFM er bij het accountantsberoep op aangedrongen: neem uw verantwoordelijkheid. Bedenk toch dat de controleplicht en de titelbescherming niet zijn bedacht om u aan een belegde boterham te helpen, maar dat dit middelen zijn om te bevorderen dat onze economie kan draaien.

Accountants hebben een onmisbare rol in de relatie tussen kapitaalvragers en kapitaalverstrekkers. Het zou echter een enorme zelfoverschatting zijn te denken dat niet de rol noodzakelijk is, maar de accountant. Als de economie verandert, als de relaties tussen kapitaalvragers en kapitaalverstrekkers veranderen, dan verandert ook de rol van de assurance provider. Als de accountant die beweging niet mee maakt, prima, dan zullen anderen die rol gaan invullen. En er is geen wetgever of toezichthouder in Nederland die zich daar tegen zal verzetten. Integendeel.

Maar dat zijn langetermijnrisico's. Nu eerst maar eens zorgen dat er geïnnoveerd wordt, en dat u uw vergunning binnen haalt.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Arnout van Kempen di CCO CISA is Senior manager Risk & Compliance bij Baker Tilly. Hij schrijft op persoonlijke titel. Hij is lid van de Commissie Financiële verslaggeving & Accountancy van de AFM en lid van de signaleringsraad van de NBA. Daarnaast is hij diaken van het bisdom 's-Hertogenbosch.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.